Tibet staat op de een na laagste positie genoteerd op de lijst van meest onvrije landen in de jaarlijkse wereldwijde enquête van de mensenrechtenorganisatie Freedom House. Alleen Syrie is onveiliger.
Net als in 2016 en 2017 hadden burgers in Syrië minder burgerrechten en politieke vrijheden dan in Tibet. Finland, Noorwegen en Zweden scoorden een perfecte 100 punten op het gebied van vrijheid.
In het verslag getiteld “Democratie in Crisis”, is te lezen dat de situatie in de wereld op het gebied van vrijheid en democratie in het algemeen verslechtert. Onder deze landen bevindt zich China waarvan de burgerlijke vrijheden en de politieke rechten werden beoordeeld. China blijkt volgens Freedom House te maken te hebben met een steeds toenemende repressie. De Chinese communistische partij heeft de controle op de media verscherpt en ondermijnt de prille hervormingen van de rechtstaat door de controle op religieuze groeperingen en verenigingen in de samenleving aan te scherpen.
Het verslag waarschuwt dat in dezelfde tijd enkele van ’s werelds meest invloedrijke democratische regimes stagneren autocratieën zoals China meer ruimte krijgt om hun ‘hun kwalijke invloed’ naar andere landen te exporteren.