Sri Lanka – boeddhisten vallen moslims aan na auto-ongeluk

Een auto-ongeluk in Gintota, gelegen aan de zuidwestelijke kust van Sri Lanka, heeft opnieuw etnische spanningen tussen boeddhisten en moslims aangewakkerd. Afgelopen vrijdag werden een vrouw en haar zoon, beiden moslims, geraakt door een motor die bestuurd werd door een boeddhistische man. Dat leidde tot een ruzie die gevoed werd door latente gevoelens van anti-moslim-intolerantie.

Leden van de twee gemeenschappen gingen elkaar te lijf, hetgeen resulteerde in enorme schade aan eigendommen van voornamelijk moslims. Zesenzestig woningen, zesentwintig winkels, twee moskeeën en zestien auto’s en motors werden beschadigd of in brand gestoken. Zeker vijf mensen moesten naar het ziekenhuis. De politie arresteerde vierentwintig mensen op verdenking van het aanzetten tot etnisch geweld. De regering heeft de politie verzocht een onderzoek te beginnen naar wie er verantwoordelijk is voor de onlusten. In het gebied is de avondklok ingesteld. Er wordt gevreesd voor meer geweld tussen moslims en boeddhisten.

In juni 2014 vielen boeddhistische radicalen van de Bodu Bala Sena (BBS) door voornamelijk door moslims bevolkte steden aan in Dharga Nagar, Beruwela en Aluthgama, en plunderden en vernielden daar winkels, moskeeën en woonhuizen. Ongeveer tienduizend mensen, onder wie achtduizend moslims en tweeduizend Senegalezen moesten vluchten. Onder de moslims waren vier doden en tachtig gewonden te betreuren.

Sri Lanka is een overwegend boeddhistisch land, de moslims zijn als minderheid met tien procent de grootste groep na de Tamils. Het geweld van de afgelopen dagen ontstond na een reeks aanbevelingen van de VN-mensenrechtenraad om de rechten van minderheden in Sri Lanka te beschermen.