Vroeger werd er geen of nauwelijks veldwerk verricht. Antropologen bleven gewoon thuis en zagen dus niet met eigen ogen hoe het dagelijks leven ergens anders verliep. Wat ze wilden weten, haalden ze uit geschreven bronnen. Reisverhalen. Brieven. Logboeken. Ze borduurden voort op werk van anderen, en wat zij hadden opgetekend over geschiedenis en traditie. Noem het leunstoel-antropologie. Vandaag de dag zijn er mijns inziens nog veel amateur antropologen die vanuit hun leunstoel menen ‘alles te weten’ over bijvoorbeeld het boeddhisme in het verre oosten omdat ze een paar boeken hebben gelezen, of door een reisgids hebben gebladerd met mooie foto’s over pagodes. Ik zeg maar wat. Zelf bezit ik trouwens een tweedehands leunstoel.
veldwerk
Vrijdag Zindag – Arbeidsmigrant
Trokken antropologen vroeger naar de verre volken, nu zijn vertegenwoordigers van die volken de migranten geworden. Ze zijn hier komen wonen. De antropoloog kan nu in eigen land veldwerk doen, zoals naar de multiculturele samenleving.


