Om zijn leer aanschouwelijk te maken voor zijn volgelingen gebruikte de Boeddha in zijn voordrachten filosofische en religieuze begrippen die gangbaar waren onder de bevolking. De Boeddha herdefinieerde deze begrippen en gebruikte ze als metaforen om zijn leer te verduidelijken. Als kapstokken om zijn leer aan op te hangen.
veda
Het extreme doel van het boeddhisme: de ontbinding van de ziel
Het bijzondere aan Boeddha is dat hij niet alleen het lijden registreert en erkent als een onuitwisbaar deel van het leven, maar ook dat het hem zo raakt dat hij vindt dat hij er iets mee moet doen – in de eerste plaats voor zichzelf. Eerst om het te begrijpen en de oorzaken te zien, daarna om zijn inzichten met anderen te delen zodat zij ook het lijden kunnen verminderen en kunnen leren zich ervan te bevrijden.


