Wie staat zonder staan kan zo weer weg.
het Grote Tja
Meester Tja 176 – Kun jij geloven wat je wil?
Verander dan eens van geloof… Nu!
Meester Tja 175 – Wil jij denken wat je denkt?
Over macht en overmacht
Meester Tja 174 – Malen over malen
Wie is hier de baas?
Meester Tja 173 – De scepter is de koning
De wil van de heerser is wet. Hijzelf staat buiten de wet. Staat hij ook buiten zijn wil?
Meester Tja 172 – De wijze weet niet beter
De wijze weet niet, dus hij weet niet beter. Daarom lijkt hij net een wijze. Zelf weet hij wel beter.
Meester Tja 171 – Alle wijsheid gaat voorbij
Alle wijsheid gaat voorbij. Misschien mag je wel mee.
Meester Tja 170 – Louter breedte, niet te meten
Wie niet meer op de hoogte is, kijkt nergens meer van op en nergens meer op neer.
Meester Tja 169 – De wijze is een blaasbalg
Zijn woorden zijn zuiver, als het borrelen van ingewanden en het balken van ezels.
Meester Tja 168 – Woorden zijn geen heiligen
Heilig is een woord.
Meester Tja 167 – Achtentwintig ervaren krijgsmannen
Over het nut van ervaring.
Meester Tja 166 – Er is geen goed, behalve in je geest
En ook de leegte is er nooit geweest.
Meester Tja 165 – Een wijze krijger is geen hebber
Een gewone krijger heerst over zijn wapens. Een goede krijger heerst over zijn gevoelens. Een wijze krijger heerst niet.
Meester Tja 164 – Een onbekende grootheid
Er zijn geen regels die ik volg, geen methoden die ik toepas, geen geheimen die ik koester.
Meester Tja 163 – De weg van de minste
Licht vindt vanzelf het gat dat het duisterst is.
Meester Tja 162 – De wolk van niet-weten
Nacht und Nebel
Meester Tja 161 – Wie thuis is in het Tja neemt het niet mee uit
Wie bedreven is in het tja gebruikt het nergens voor. Niet om dik te doen, niet om dun te doen. Niet om een boeddha te worden, niet om de boeddha te doden.
Meester Tja 160 – Halve glazen voor halve dwazen
Geluk begint en eindigt met ongeluk. En ongeluk begint en eindigt met geluk.
Meester Tja 159 – Een tocht van duizend mijlen
Een tekst lang of kort / begint met een zucht / en eindigt met een zucht
Meester Tja 158 – Wie kan zeggen wanneer?
Hij kan er wel om lachen, nu, al doet het soms nog zeer.
Meester Tja 157 – Je moet het niet, je doet het niet
Doe door niet te doen.
Meester Tja 156 – Absoluut relatief onbepaald
Wie is het die niets te bewijzen heeft?
Meester Tja 155 – Niets is goed of slecht van zichzelf
Niets is goed in ieder opzicht. Niets is goed zonder opzicht. Niets is goed van zichzelf.
Meester Tja 154 – Loochenaars
Wie zuiver geluk zoekt, loochent zijn lijden. Wie totale onthechting zoekt, loochent zijn verlangens.