Ik bekende het op een dag eens allemaal aan roshisama. Vertelde hem eerlijk, dat ik soms te veel snoepte en dan moest ik eerst een stuk lopen om alles te laten zakken, omdat ik met mijn volle buik geen zazen kon doen.
Harada Tangen Roshi
Herinneringen aan Harada Tangen roshi – Dai Funshi – grote vastberadenheid
Zenmeester Hakuin noemde drie essentiële ingrediënten voor zazen: groot vertrouwen, grote twijfel en grote vastberadenheid. Groot vertrouwen moet er zijn in de Weg, in de meester, in dat er een diepere Waarheid is, een boeddhanatuur. Naarmate je langer oefent, krijg je vanzelf meer en meer vertrouwen dat zazen je tot die waarheid kan brengen.
Herinneringen aan Harada Tangen roshi – Zet anderen altijd voorop
De komende dagen en weken kwam hij elke dag terug om de tak te bedanken. Hij zong er soetra’s voor, met zijn handen in gassho.
Herinneringen aan Harada Tangen roshi – koud is ook warm
In die koude maanden deed ik zoveel mogelijk volle zen-buigingen, diep op mijn knieën, met het voorhoofd tegen de tatami. Dat hield me lekker warm en gaf tegelijk een moment van devotie. Een paar keer per dag, liefst 108 keer, op mijn futon of in de hondo. Want het grootste deel van de dag zaten we veel stil.
Herinneringen aan Harada Tangen roshi – hongerige geesten en beesten
Voor roshi-sama leek dit wereldbeeld heel reëel. Hij waarschuwde ons nadrukkelijk, wanneer we teveel lawaai met onze eetkommen maakten: ‘Verstoor de hongerige geesten niet! Ze zijn altijd om ons heen!’
Herinneringen aan Harada Tangen roshi – Boeddha is overal
Dit is een eeuwige paradox in zen: we vereren dat wat onvermijdelijk overal is, wat het leven doordringt en leven geeft aan al wat is. Boeddha heet het in zen; of boeddhanatuur, of het Ware Zelf; puur bewustzijn.
Herinneringen aan Harada Tangen roshi – lopen zonder ‘ik’
Tijdens samu (werk) snelde ik van hier naar daar in mijn zwart katoenen samu-broek. Gauw een emmer water halen, en hup weer op weg naar de volgende klus. Met mijn hoofd al bij de volgende taak, gulzig om alles zo snel mogelijk te doen, rende ik op mijn slippers over de paden voor de hondo (Dharmahal).
Herinneringen aan Harada Tangen roshi – kyosaku – ferme compassie
De liefde die achter de klappen lag werd op momenten heel voelbaar, als roshisama de trap op kwam gestommeld en met zijn bijna tachtig jaar alle aanwezigen (soms wel meer dan vijftig) in de zendo met zijn kyosaku kwam bedienen.
Herinneringen aan Harada Tangen roshi – Ji Ta Fu Ni
In de traditionele tafelverzen zongen we steeds de frase sanrin kujaku: de drie wielen zijn leeg.
Herinneringen aan Harada Tangen roshi – subete yoshi – alles is goed
Zo was onze ervaring in de praktijk ook wel: we leerden gaandeweg door de zentraining steeds meer alles zo te nemen als het kwam, met een toenemende gelijkmoedigheid en acceptatie. Maar om helemaal eerlijk te zijn, bleef er altijd wel een of andere voorkeur of tegenzin bestaan.