De oude haiku-meester Bashō heeft eens gezegd dat een haiku ontstaat door dingen te combineren. Door twee beelden samen te voegen ontstaat een gedicht dat meer is dan de som van beide beelden: de haiku. Japanners noemen dit niku issho, ‘twee zinnen, één gedicht’.
Basho
Gedachten over een haiku 21 Shūshiki-jo
Shūshiki-jo werd ongetwijfeld ook beïnvloed door de geest van zen, in de tijd en de omgeving waarin ze werkte. Hoewel niet iedere haikudichter(-es) zenmonnik of -non was, sprak uit de haiku’s veelal de harmonie tussen natuur en mens. Een kenmerk van zen.
Gedachten over een haiku 18 Bashō
Volgens de Boeddha komt alles wat je doet weer terug bij jezelf. Dat is een natuurwet die geldt voor iedereen. Positieve activiteiten brengen geluk voort en negatieve activiteiten lijden.
Gedachten over een haiku 13 – Kikaku
Kikaku was een van de meest talentvolle leerlingen van Bashō. Hij zette de toon voor haiku’s in de periode na de dood van Bashō tot de tijd van Buson (eind 18e eeuw).
Gedachten over een haiku 10 – Chora
In een druilerige herfstregen loopt een oude man, in monnikspij. Hij wordt herkend als Meester Bashō.
De beweging van het gemoed
Zo zaten destijds ook twee monniken te knikkebollen op de waranda van de zendo en eentje van hen wordt opeens geraakt door het wapperen van een vlag. Hij wijst de ander op de vlag en zegt: moet je zien hoe die beweegt. De ander zegt: die vlag beweegt niet, maar de wind beweegt. Ze schieten samen meteen in een conceptueel gekissebis van welles nietes, kip en ei.