Acht van de tien Nederlanders wil thuis sterven. De realiteit is echter anders: zeven van de tien sterft in een zorginstelling, ziekenhuis, verpleeghuis. In Rotterdam wijkt dat cijfer in positieve zin af. In die stad gaan er jaarlijks achttienhonderd mensen thuis dood en sterven er drieduizend in buitenshuis. Vaak na een korter of langer ziekbed.
Veel mensen kampen in hun laatste levensfase met gevoelens van isolement, vereenzaming en uitzichtloosheid. Vrienden en familieleden blijven weg omdat ze de confrontatie met ziekte en dood niet aankunnen, of zijn er gewoon niet. Volgens cijfers van Zorgkaart Nederland zijn er nu al 119 hospices in Nederland en het aantal neemt toe. Op de volgens de samenstellers onafhankelijke site, waaraan ook belangenorganisaties voor patiënten deelnemen, is de waardering voor de kwaliteit van deze hospices groot. De meeste scoren hoger dan een acht.
Een hospice, soms ook hospitium genoemd, is volgens Wikipedia een instelling met een huiselijke sfeer die zich in de terminale zorg heeft gespecialiseerd. Ongeneeslijk zieken kunnen hier tot aan hun dood worden verzorgd. Door de huiselijke sfeer wordt dit als beter ervaren dan de kille en vaak onpersoonlijke ziekenhuisomgeving, terwijl er toch nog voldoende medisch personeel aanwezig is. De arts Jan Aernout van der Does de Willebois was in Nederland een van de pioniers van deze werkwijze. Niet alle hospices leveren de zelfde diensten. Zo zijn er de zogenoemde bijna-thuis huizen, waar steeds vrijwilligers aanwezig zijn. Of het high-care hospice, waar vierentwintig uur per dag medische zorg aanwezig is. Maar in beide vormen is het doel van de zorg om de kwaliteit van leven zo goed mogelijk te houden of te krijgen in de laatste periode van het leven. Er is grote vraag naar hospice-zorg. Het zorgkantoor geeft een indicatie af indien de levensverwachting korter dan drie maanden is.
Hospice De Liefde in Rotterdam is in 2007 opgericht vanuit algemeen boeddhistische inspiratie. Initiatiefnemer is de boeddhist Ernst Kleisterlee. De organisatie heeft geen eigen pand maar streeft ernaar volgend jaar wel over eigen huisvesting te beschikken, waar stervende mensen kunnen worden opgevangen. Nu zijn de ongeveer vijftig vrijwilligers bezig op onder meer palliatieve afdelingen van zorginstellingen. Niet alleen in Rotterdam, maar ook in Amsterdam en Vlaanderen.
De vrijwillige stervensbegeleiders zijn getraind in het daadwerkelijk behartigen van de belangen van stervende mensen- en hun naasten. Ze willen bijdragen aan de kwaliteit van de laatste levensfase. Ruimte scheppen om dat mogelijk te maken, op een manier die het best bij de stervende past. De vrijwilligers van hospice De Liefde gaan altijd uit van de wensen van een stervend mens. ‘We wenden ons onvoorwaardelijk toe naar het lijden van de stervenden en werken van uit de wil om het lijden van die mensen te verzachten’, zijn enkele uitgangspunten.