Gewichtloze gedachten over gewichtige zaken.
Meester Tussen zegt:
Wie kent het verschil tussen dik en dun?
Wat dik is voor een arm is dun voor een been.
Wat dik is voor een pink is dun voor een pik.
Wat dik is voor een kind is dun voor een volwassene.
Wat dik is voor een tussenwand is dun voor een draagmuur.
Wat dik is voor een glas is dun voor een ruit.
Wat dik is voor een huis is dun voor een kerk.
Wat dik is voor papier is dun voor karton.
Wat dik is voor een boek is dun voor een buik.
Wat dik is in Nederland is dun in Amerika.
Wat dik is voor een man is dun voor een vrouw.
Wat dik is voor een hongerkunstenaar is dun voor zijn publiek.
Wat dik is voor een worm is dun voor een slang.
Wat dik is voor een mens is dun voor een olifant.
Wat dik is vóór je zwangerschap is dun na je bevalling.
Wat dik is voor een vegetariër is dun voor een bourgondiër.
Wat dik is voor de een is dun voor de ander.
Wat dik is in het ene opzicht is dun in een ander.
Wat dik is kan tegelijkertijd best dun zijn.
Wat niet dik is hoeft daarom nog niet dun te zijn.
Wat je vroeger dik vond aan jezelf vind je nu dun of omgekeerd.
Wat mensen vroeger dik vonden vinden ze nu dun of omgekeerd.
Wat dik is in je herinnering blijkt dun in werkelijkheid of omgekeerd.
Wat dik is in gedachten blijkt dun in de praktijk of omgekeerd.
Niets is goed of slecht van zichzelf, dat maakt het denken ervan, zei Shakespeare. Of maakte zijn denken dat ervan?
Niets is dik of dun van zichzelf, dat maakt het denken ervan, zeg ik hem na. Of maakt mijn denken dat ervan?
Bestaan dik en dun in werkelijkheid of alleen in onze beleving? Zijn het woorden of zaken? Kenmerken ze het object of het subject? Zijn ze relatief of absoluut?
Of is het onderscheid tussen relatief en absoluut, tussen object en subject, tussen woord en zaak, tussen werkelijkheid en beleving ook weer dualistisch?
Tussen dik en dun vind je de deur naar non-dualiteit.