Lesje logica voor essentialisten.
Leerling: Ik ben de kenner van het gekende.
Meester: Wie zegt dat er zoiets is?
Leerling: Waar gezien wordt is iets dat ziet.
Meester: Want waar het brandt is iets dat ziedt?
Leerling: Wat?
Meester: Waar het stroomt is iets dat vliet?
Leerling: Hm.
Meester: Waar het regent is iets dat giet?
Leerling: Ik vrees van niet.
Meester: Maar waar gezien wordt is iets dat ziet?
Leerling: Ze zeggen het, u denkt van niet?
Meester: Wie is het die de ziener ziet?
Leerling: De ziener ziet, wij zien hem niet.
Meester: Hoe kan het dan dat jij hem ziet?
Leerling: Dat dacht ik maar, ik weet het niet.