Wijsheid als gat in het weten, mag dat vedanta heten?
Onwijsheid
Het eerste woord van advaita vedanta, advaita dus, betekent niet-tweeheid.
Bij de vertaling naar een Nederlands synoniem werd het tweede woord, vedanta dus, kennelijk niet zo belangrijk gevonden.
Vandaar dat we nu spreken van non-dualisme en niet van vedantisme, non-vedisme, onwijsheid of niet-weten.
Vormen van onwijsheid
Als advaita de soortnaam is, dan is vedanta de familienaam.
Een soort heeft maar één familie, een familie meerdere soorten.
Non-dualisme is een vorm van onwijsheid, maar er zijn veel vormen van onwijsheid die geen non-dualisme zijn.
Nu heb ik het niet alleen over de andere vedantascholen uit het hindoeïsme (een stuk of acht, de onderscholen niet meegeteld) maar ook over zen, taoïsme, quiëtisme, scepticisme, pyrronisme.
Ik heb het over nominalisme, pluralisme, postmodernisme, cynisme, nihilisme, obscurantisme.
Ik heb het over fatalisme, stoïcisme, agnosticisme, anarchisme, irrationalisme, absurdisme, dadaïsme…
Wijsheid als gat in het weten
Zoveel ismes! En allemaal proberen ze op hun eigen manier voorbij de wijsheid te gaan.
Allemaal reiken ze op hun eigen manier naar niet-weten zonder het te bereiken, had ik bijna gezegd.
Alsof ik weet waar hun aanhangers naar reiken.
Alsof niet-weten een kwestie van bereiken is.
Niet-weten is het failliet van het denken.
Het einde van de rit.
Geen voertuig, geen weg.
Niet ‘Alleen maar dit’ en ‘Ik ben Dat’, maar ‘Wat is dit?’ en ‘Dat was dat’.
Wijsheid als gat in het weten.
Leegte als vorm van niet-weten.
Mag dat vedanta heten?