1. Alle dialogen in dit boek zijn verzonnen. Ik heb Byron Katie nooit ontmoet en ik heb haar nooit aan Het Werk gezien behalve op internet. Ik heb nooit Het Werk gedaan en ben nooit in de verleiding gekomen.
2. Engelstalige citaten heb ik opgenomen boven de dialogen zodat je zelf kunt controleren of mijn vertaling acceptabel is.*
* Meer dan acceptabel zat er gewoonlijk niet in want de vertaling moest ook in de dialoog passen.
3. Dikwijls had ik alleen de Nederlandse vertaling tot mijn beschikking; die vind je om verdubbeling te voorkomen terug in de dialoog zelf, meestal in de eerste regel.
4. Als het zo uitkomt laat ik Katie dingen zeggen die Byron Katie waarschijnlijk nooit zou zeggen, zeker niet in het openbaar. Daarom heet ze kortweg Katie en niet Byron Katie. De eerste is een heel mens met een halve naam, de tweede een half mens met een hele naam. De eerste is een personage in mijn verhaal, de tweede in het hare.
5. Van bronvermelding heb ik afgezien. Wetenschappelijke pretenties heb ik niet, dit boek is zoals al mijn boeken een knuppel in het hoenderhok. Tok tok tok!
(lees verder onder de afbeelding)
Dwaalgesprekken over Het Werk van Byron Katie
Dit was de laatste van 8 inleidingen. Morgen gaan we verder met de eerste van 214 dialogen tussen Katie en Hans over Het Werk en niet-weten.
Die dwaalgesprekken (zo noem ik al mijn dialogen over niet-weten) barsten van de omkeringen, nu eens genummerd en benoemd, dan weer verstopt in de tekst.
Wat ik onder een omkering versta, wat het verschil is met de omkeringen van Byron Katie en waarom ik het omkeren liever geen Werk noem, kun je nalezen in Het Spel.