Een toespraak, gehouden door een zenmeester, wordt teisho genoemd. In dai-sesshins, een intensieve zevendaagse zenretraite, wordt vooral geoefend met koans. Een koan is een vraag die niet met het denkende verstand te beantwoorden is, maar alleen vanuit (vaak plotseling optredend) inzicht in de aard van de werkelijkheid en van wat we het zelf noemen. Voorbeelden van koans zijn: Wie ben je als je een vogel hoort zingen? Wat is het geluid van één klappende hand?
Vandaag kom ik met lege handen. Het geven van een teisho is voor mij altijd een soort creatief proces. Soms wordt dat op gang gebracht door een citaat van de zen-kalender.
Maar het citaat van vandaag inspireerde me niet, dus ja, dan moet ik maar hopen dat er iets komt. Maar er kwam niets.
Een creatief proces heeft ruimte nodig, dan moeten er geen andere dingen in de weg zitten. En opeens, ongeveer twintig minuten voor ik hierheen kwam, realiseerde ik me dat er iets was wat me bezighield. Jullie weten misschien dat de nieuwsbrief van de Vrienden van de Noorder Poort vervangen wordt door een digitaal tijdschrift dat twee keer per jaar gaat verschijnen. Myoko heeft mij daar een tijdje geleden voor geïnterviewd, en de eerste vraag die ze me stelde was: wat is een zenmeester? Ik weet niet meer wat ik toen geantwoord heb. Ik weet alleen dat ik ook gezegd heb: je moet me die vraag eigenlijk nog een paar keer stellen, want ik vermoed dat ik steeds een ander antwoord zal geven.
Dus dat doet Myoko nu af en toe, dan vraagt ze: wat is een zenmeester? En dan zwijg ik, niet zoals het zwijgen van een meester uit de verhalen bij koans, maar ik zwijg omdat ik niet weet wat ik zeggen moet. Ik merk dat ik er intussen wel mee bezig ben, met die vraag. Ik vraag me af waarom ik niet tevreden ben met een antwoord dat ik eventueel zou kunnen geven. Je kunt, en dat heb ik waarschijnlijk ook gedaan, op een heel formele manier antwoorden: een zenmeester is iemand die lang getraind heeft en door de koans is gegaan, benoemd is door een andere meester, ouder is dan vijftig … er zijn een aantal van die dingen waarvan ik gehoord heb dat ze erbij horen.
Als ik aan leerlingen vraag: wat is een zenmeester, dan krijg ik ook wel antwoorden. Maar die antwoorden zeggen doorgaans alleen iets over een bepaalde eigenschap van zo iemand. Dan zeggen ze bijvoorbeeld: dat is iemand die goed les kan geven, of iemand die verlicht is, of iemand die… tja, wat zou je zeggen? Maar als ik een dergelijk antwoord gaf, zou het niet kloppen. Wat ik ook zou zeggen, het klopt niet. Bedenk maar wat. Marjita, jij bent goed in bedenken, wat zou jij zeggen?
Marjita (met lage stem): Ooooooo.
Zou jij dat zeggen? Dat zou Marjita zeggen. Maar het klopt niet.
Myoshin: Je hebt een keer gezegd: een oud kind.
O ja, dat gaat over de betekenis van het woord roshi. Ik vind dat een mooie vertaling: een oud kind. Als een zenmeester dan toch iets moet zijn, dan maar een oud kind.
Gisteravond leek het me opeens heel eenvoudig. Volgens mij ben je alleen zenmeester als je beseft wanneer je niet een zenmeester bent. Dat is het ook nog niet helemaal, maar het komt wel in de richting. Want als je zegt: vrij, of een oud kind, of een jong kind, dan is dat niet altijd waar. Ik denk (en ik hoop ook) dat geen enkele zenmeester van zichzelf zou zeggen: ik ben verlicht. Of: ik ben een goed mens. Als ik zeg: een zenmeester is een goed mens, brand ik mezelf onmiddellijk.
Ik realiseerde me dat ik eigenlijk gewoon weer uitkom bij de Boeddha. Als de Boeddha iets werd gevraagd, zei hij heel vaak: het is niet dat. Dat is eigenlijk het enige wat ik een beetje veilig kan zeggen. Een zenmeester is niet… Op het moment dat je zenmeester bent, kun je niet zeggen waarom.
Hé, dat is interessant. Is dat niet ook een beetje zo met de koanoefening? Als jullie een antwoord geven op een koan, zeg ik volgens mij niet zo vaak: dat is goed. Ik zeg veel vaker…nah, nog niet helemaal.
Dat wat het ware is, dat kun je niet omschrijven of benoemen of uitleggen. Dat vindt plaats in het gebied van het niet-weten. En dat is moeilijk voor degenen die pas net oefenen met een koan. Want we zijn zo gewend om, als ons iets gevraagd wordt, in woorden een antwoord te geven, als beschrijving of als uitleg. Maar dat is niet het ware. Het ware wordt eigenlijk alleen maar geleefd, het is een momentane gebeurtenis, een actie, iets waar je geen afstand van kunt nemen. Je kunt er niet naast gaan staan en vervolgens zeggen wat het is. Want wat je dan zegt is niet het ware, maar een beschrijving. En ook dat klopt weer niet, want ook taal kun je zo gebruiken dat het het ware is. Of beter: je kunt zo spreken dat het het ware is.
Dus: wat is een zenmeester? Wat is een koan? Als je al een tijdje met koans oefent, weet je op het moment dat je je antwoord brengt, of het het ware is of niet. Eigenlijk heb je mij daar niet eens voor nodig. Als je tenminste die fase van uitleggen, van beschrijven voorbij bent. Dan begint de koanoefening pas echt.
Dat betekent dat je de moed moet hebben om je over te geven aan het niet-weten, aan dat moment van echt niet-weten. Hoe moeilijk is het om dat moment te realiseren[1] waarop een vogel fluit. Zolang je het nog kunt beschrijven, is het niet het ware. Wat is het dan wel? Wat is een zenmeester, wat is een zenbeoefenaar? Wat betekent het op de weg te zijn? Geen idee. Hoe langer ik zen beoefen, hoe moeilijker het wordt om uit te leggen wat zen nu eigenlijk is. Je kunt uitleggen hoe je moet zitten, welke oefening je kunt doen, hoe je moet lopen, hoe je moet eten… Alle rituelen, buiginkje hier, buiginkje daar. Is dat zen? Toevallig heeft zen hier een gemengd Japans-Vietnamees gezicht. Maar er zijn ook scholen waar alle franje wordt weggehaald. Gewoon normale kleren, geen rituelen. Ik weet het niet. Ik denk dat er ook iets in die rituelen zit. We kunnen natuurlijk alles doen zoals in het dagelijks leven. Maar het gaat er hier niet om, dat we leren hoe we dagelijks moeten zijn, het gaat steeds maar weer om die confrontatie, om de momenten waarop we ons ineens iets realiseren, waarop we ineens iets ontdekken.
Het is belangrijk dat we uit het gewoontezelf komen. Dat we ons niet als automatisme ons verlaten op wat we al weten en kunnen. Maar dat we uitgedaagd worden om te doen wat we niet weten. Dat we verrast kunnen worden. Dat zijn eigenlijk ook momenten van creatie, van schepping. Zo’n schepping komt uit het niets. En als het voorbij is, is het weg, hoeft er niets mee gedaan te worden.
Als het écht gedaan is, is het helemaal weg. En vandaar, als je jouw antwoord op je koan hebt gebracht en ik zeg je: breng me nog eens een antwoord, dan moet je niet teleurgesteld zijn. Soms zeggen mensen: maar ik heb toch al geantwoord en het antwoord was toch goed! Maar als je echt geantwoord hebt, waar is dat antwoord dan gebleven? Kun je dat antwoord herhalen? Als jij denkt dat je je antwoord kunt herhalen, moet je juist verder gaan met de koan, totdat je het niet meer kunt herhalen. En dan doen we het nog een keer.
Voor degenen van jullie die net beginnen met koans: koanoefening is niet een soort tentamen, niet iets om te kijken of je het goed doet. Het is een gelegenheid, een kans om het ware te leven. En iedere keer dat je dat moment hebt geleefd, is het deel van jou geworden. Dat is een belangrijk aspect van het veranderingsproces dat plaatsvindt in de zenoefening. De verandering vindt niet plaats in onze kennis, in het weten, maar in het zijn. Op het niveau van het zijn, op het niveau van het leven, daar kunnen we veranderen. En dat is wat koanoefening doet. Als je het weten achter je durft te laten, als je het begrijpen achter je durft te laten, als je het uitleggen achter je durft te laten, ga je naar het zijn.
Zen is om te leven. Nu, in dit moment. Dit is het enige moment waarin dat kan. Daarom heeft het ook geen zin om verwachtingen te hebben over de toekomst of terug te kijken naar het verleden. Zen leven betekent dit moment gebruiken. Dit moment is een kans. En wat is dit moment? Dit moment is steeds weer een ontmoeting. Of we nu onze gedachten ontmoeten of onze gevoelens of dingen die we zien of horen, het is steeds weer een gelegenheid om het ware te leven.
Wat is een zenmeester… Wat is het zogenaamd goede antwoord op een koan? Jij bent de enige die dat niet-weten kan.
Een goede dag.
[1]Het moment te realiseren betekent ongeveer: je zó volledig aan dat moment te geven, dat je jezelf vergeet.
Tokai (Sjoerd) zegt
‘Goed gezelschap’,
Op de vraag:’Wat is een boeddha?’,antwoordde Linji ooit: “Een hoop stront!”
Op de vraag: “Wat is een zenmeester?”, is mijn antwoord: “Een scheet op een lappie naaien”.
Tokai
Conrad zegt
Tingeling