Het jaar is bijna ten einde, en gebeurtenissen en meningen uit samsara blijven ons van alle kanten bestoken. Het is dus des te meer gewenst je geweten verder te ontwikkelen en zelf een standvastige koers te bepalen, ook in de ongetwijfeld hoge golven van het nieuwe jaar. Eén der soetra’s die met name mikt op de kern van het achtvoudig pad, dus het volgen van de middenweg, is de arana vibhanga soetra (vrij vertaald: de lering van conflictloos handelen). De eerste stanza’s vatten de hele soetra samen, en worden daarna meer in detail uitgewerkt.
Samenvattende stanza’s
“Men moet niet het geluk van de genoegens najagen, dat laag is, vulgair, bij de massa hoort, onedel is, onheilzaam, en men moet zich niet overgeven aan de praktijk van (ascetische) zelfkwelling, die pijnlijk is, onedel, onheilzaam. Die beide extremen vermijdend leidt de door de Volmaakte ontdekte middenweg – die ziende maakt, die werend maakt – tot innerlijke rust, tot direct inzicht, tot ontwaken, tot nirvana.
Men moet weten wat ophemelen is en men moet weten wat geringschatten is en, beide wetend, moet men noch ophemelen nog geringschatten en alleen in de dhamma onderwijzen.
Men moet weten hoe men moet onderscheiden wat geluk is en dat wetend moet men het geluk in zichzelf zoeken.
Men moet niet in het geheim dingen zeggen en men moet zich recht tegenover iemand niet afbrekend uitlaten.
Men moet rustig spreken, niet gehaast. Men moet niet vasthouden aan de [eigen] spreektaal en men moet niet afwijken van het [ter plaatse] gangbare taalgebruik. Dit is de samenvatting van de analyse van het vredige leven.”
Uitwerking van extremen qua handelen
Je ziet nadrukkelijk twee soorten adviezen rond de Middenweg: omtrent handelen en specifiek omtrent spreken. De stanza’s direct na deze samenvatting richten zich op het handelen, en ze eindigen met “Het betreft het edele, achtvoudige pad”. Dus het hele pad (inclusief juist-spreken, overigens) werkt het handelen conform de middenweg uit.
Maar wat is nu “het geluk van de genoegens najagen” en wat is “zelfkwelling”? Het zal altijd een individuele uitwerking eisen, ingevuld mede in een klankbord-relatie met je spirituele vriend(inn)en. Een paar vuistregels kun je wel geven:
- Er is niets mis met genoegen, mits je er niet aan hecht. Oftewel mits je vermijdt er (onterecht) van te verwachten dat het oneindig zal zijn, en permanent geluk zal brengen. Maar met de juiste verwachting en waardering is er niets mis met lekker eten, mooie muziek/kunst, seks en allerlei andere ‘plezierige’ dingen in het leven.
- En een tweede randvoorwaarde: mits jouw genoegen geen schade toebrengt aan jezelf of anderen, rechtstreeks of indirect. Rechtstreekse schade is natuurlijk makkelijker te bepalen dan indirecte. Het betreft bijvoorbeeld alles waarin je van anderen ‘steelt’ of het vertrouwen van anderen schaadt, denk aan seksueel wangedrag. Maar ook handelingen die weliswaar een kort genoegen bieden maar jezelf duidelijk schaden, zoals structureel je buikje te vol vreten, of iedere verslavende handeling.
Indirecte schade is veel meer glad-ijs: wat dacht je van alles met bovengemiddelde milieuschade, of waar je door te profiteren van ‘unfair trade’ anderen uitbuit? Het is belangrijk je ook hiervan bewust te worden en er naar vermogen wat mee te doen. Maar wie meent te weten wat dat precies voor jou en mij in het hier en nu betekent, rekening houdend met jouw en mijn inkomsten- en uitgavenmogelijkheden, mag het zeggen… - Dan die zelfkwelling. Hierover zegt een der stanza’s, in een omkerings-frase overigens, zoiets als “die toestand levert leed, gekwetst worden, vertwijfeling en koorts”. Het verwijst natuurlijk primair naar de strenge ascese die Gautama enkele jaren lang beoefende, en in India ook behoorlijk populair was; en die hij zelf losliet.
Ik zou zeggen dat voor het hier-en-nu alles wat te maken heeft met een sterk Calvinistisch zondebesef ongewenst is. Dus ja, je maakt de afweging tussen zelfbelang en andermans belang en kiest er dan bijvoorbeeld voor om geld te gebruiken voor eigen genot dan wel aan goede doelen te geven. Of iets te doen dat eist dat je verder van je huis gaat dan spierkracht toestaat, dus automatisch (of het nu trein, auto of vliegtuig is) enige milieuschade veroorzaakt. (Denk aan de Amish in de VS – daar gaan ze erg voorzichtig mee om, al is het eerder vanuit sociale dan vanuit milieuoverwegingen.) Als na zorgvuldige afweging die keuze gemaakt is, dan kun je er verder gewoon van genieten en niet elke minuut je zelfkwellende stemmetje twijfel laten zaaien…
Ook hier zie je al dat de motivatie waarmee een handeling gedaan wordt, en zicht op je innerlijke ware motieven versus jezelf-voor-de-gek-houden smoesjes, erg belangrijk is. Vandaar ook de nadruk op meditatie als één der steunpilaren voor het boeddhistische pad. Je zou kunnen zeggen dat zowel zelfreflectie op je motivatie als communicatie met vriend(inn)en een scherpe geest eist (speciaal je geweten…) en vervolgens een nóg scherpere spraak. Waar onze gewone communicatie soms neerkomt op met een botte bijl of een moker om ons heen zwaaien, daar eist spirituele communicatie meer de kunde van een goed omgaan met boor of soldeerbout (voor de klusser) – of met chirurgische instrumenten voor pakweg een medicus of een goede oude klokkenma(a)k(st)er.
Overigens vind je geplaatst tussen de spraak-stukken nóg een punt over handelen: weten wat geluk is, en dat in zichzelf gaan zoeken. De uitwerking ervan is min of meer analoog aan die van het net beschreven stuk. Vasthouden aan aardse genoegens betitelt Boeddha als onedel en zinloos, maar ervaren van ‘hemelse’ genoegens (zoals de dhyana-factoren in meditatie) als wél behulpzaam.
Spraakstanzas (Abhaya sutta)
Het eerste spraak-stukje in de samenvatting is “Men moet weten wat ophemelen is en men moet weten wat geringschatten is en beide wetend moet men noch ophemelen nog geringschatten (…)” en de detail-uitwerking hiervan gaat eigenlijk nauwelijks dieper. Hij beschrijft onthechting (het opgeven van de keten van het bestaan) en hechting (niet opgeven, dus leed en vertwijfeling ondergaan) en dat is het zo’n beetje.
Beduidend meer detail vind je verderop in de soetra, in de uitwerking van “Men moet niet in het geheim dingen zeggen en men moet zich recht tegenover iemand niet afbrekend uitlaten.” (En tot slot nog iets over de lokale spreektaal gebruiken, dat is minder relevant in mijn betoog.) Ik citeer de volledige stanza’s:
Wanneer, monniken, men weet dat in het geheim gezegde dingen vals zijn, onwaarachtig, onheilzaam, dan moet men die dingen in geen geval verder vertellen. Wanneer men weet dat in het geheim gezegde dingen waar zijn, waarachtig, maar niet heilzaam, dan moet men proberen ze niet verder te vertellen. Maar wanneer men weet dat in het geheim gezegde dingen waar zijn, waarachtig en heilzaam, dan moet men de juiste tijd kennen om ze verder te vertellen.
Verder, wanneer men weet dat in het openbaar uitgesproken afbrekende woorden vals zijn, onwaarachtig, onheilzaam, dan moet men die afbrekende woorden in geen geval verder vertellen. Wanneer men weet dat in het openbaar uitgesproken afbrekende woorden waar zijn, waarachtig, maar niet heilzaam, dan moet men die proberen ze niet verder vertellen. Maar wanneer men weet dat in het openbaar uitgesproken afbrekende woorden waar zijn, waarachtig en heilzaam, dan moet men de juiste tijd kennen om ze verder te vertellen.
Het was met het oog hierop dat ik zei “Men moet niet in het geheim dingen zeggen en men moet zich recht tegenover iemand niet afbrekend uitlaten.”
Heel modern samengevat in een tabelletje:
Locatie van uitspreken | Waar of niet? | Waarachtig of niet? | Heilzaam of niet? | Aktie: |
Privé/geheim | Nee (onwaar) | Nee | Nee | Niet verder vertellen! |
Privé/geheim | Ja | Ja | Nee | Proberen stil te houden |
Privé/geheim | Ja | Ja | Ja | Zoek de juiste gelegenheid voor vertellen |
Openbaar | Nee (onwaar) | Nee | Nee | Niet verder vertellen! |
Openbaar | Ja | Ja | Nee | Proberen stil te houden |
Openbaar | Ja | Ja | Ja | Zoek de juiste gelegenheid voor vertellen |
Je ziet dat er eigenlijk dezelfde behandeling is ongeacht of het spreken onder vier ogen is of publiekelijk. En wat oplettende lezers ook zullen zien is dat de tekst 80% overeenkomt met de adviezen van Boeddha aan prins Abhaya, vastgelegd in de abhaya soetra. Grootste verschil is dat daar niet de dimensie geheim-versus-openbaar genoemd wordt maar de dimensie of iets in overeenstemming is met wat de toehoorder denkt en leuk vindt om te horen. Maar het advies blijft hetzelfde, dus ofwel Boeddha ofwel de monniken die alles doorgaven waren goed met Ctrl-C en Ctrl-V [glimlach]. Iets wat waar, waarachtig en heilzaam is moet altijd gecommuniceerd worden ongeacht de ontvankelijkheid van de toehoorder. De grote issue is steeds om het juiste moment daarvoor te vinden…
Uitwerking voor spraak in privéconversaties
Als je met vrienden/familie, 1-op-1 of in kleine groep, praat dan gelden zoals je zag dezelfde regels als voor grotere kringen. Je zult eerst moeten bepalen of datgene wat je wil gaan zeggen
- Waar is. We bedoelen hier echt feitelijkheid, dus ofwel er is onweerlegbaar bewijs (schriftelijk of zoiets), ofwel het subject van de communicatie erkent het zelf.
- Waarachtig is. Dit betreft meer de vorm waarin je iets gaat brengen. Dus bijvoorbeeld niet alleen het basisfeit zoals ‘hij sloeg mij’ of ‘zij was naakt’ maar de context erbij, zoals ‘hij werd door mij en nog twee anderen aangevallen en moest zich losworstelen’ of ‘zij was in de sauna’. In feite is alleen het communiceren mét context echt de waarheid spreken. Vergelijken van de koppen van roddelbladen zoals de ‘Story’ met de feitelijke verhalen toont je ook duidelijk dat verschil…
- Heilzaam is. Hierin wordt de bal nog veel meer dan de andere twee dimensies bij jouzelf gelegd. Waarom wil je iets communiceren? Is dat écht primair vanuit metta (liefdevolle vriendelijkheid) naar de andere levende wezens toe, of gaat het om jouw eigenwaarde ten koste van anderen? Zoals boven geschreven, dit eist dat je met chirurgische precisie naar de staat van je eigen geest leert kijken en je geweten alle ruimte geeft.
En nee, ‘ik zal haar eens even goed de waarheid zeggen’ zal zelden goed scoren op deze dimensie. - En tot slot, als je drie JA-vinkjes hebt, zul je nog steeds moeten bepalen of dit de juiste gelegenheid is om het te communiceren. In zijn algemeenheid zal dat beïnvloed worden door de dimensie of de gepland toehoorder voldoende ontvankelijk is. Is zhij alleen met jou of luisteren er enkele anderen mee? Hebben die anderen hier een toegevoegde waarde of kan het beter privé? In welke emotionele toestand (ontspannen of niet, druk of niet, moe of niet) bevindt de toehoorder zich? Indien het nieuws niet per se positief/gewenst is, is het misschien een goed idee om eerst wat (welgemeende!) complimenten/positieve feedback te geven teneinde de juiste sfeer te scheppen?
Uitwerking voor spraak en-plein-public
Voor publieke communicatie, dus voor een enkeling kranten/magazines/TV maar voor de meesten van ons vooral social media, gelden dezelfde adviezen van de Boeddha. Maar de manier waarop je bepaalt wat waar, waarachtig, heilzaam en gepast-qua-tijd is kan behoorlijk verschillen vergeleken met privégesprekken!
Okay niet helemaal:
- De regels voor waar-of-niet-waar zijn ongeveer hetzelfde. Dus je moet duidelijk bewijs hebben van wat je zegt.
- De regels voor ‘waarachtig’ worden al een stuk lastiger. Niet zozeer vanuit jouw bedoelingen, die kunnen je nog steeds motiveren om iets met de correcte context te communiceren. Maar door het feit dat er op ons mooie www (WereldWijde Indra’s-Web), doelbewust door kwaadwillenden of per ongeluk, een veel grotere kans bestaat op ontvangen en doorgeven in een andere vorm dan jij bedoeld had! Met ‘framing’ (bewust een vals beeld schetsen) als extreem.
Net zoals in klassieke communicatie de verantwoordelijkheid van het verdraaien van jouw woorden zoals ze bij ontvanger C belanden deels ligt bij doorgeefluik B en niet alleen bij jou, ligt er natuurlijk ook een stuk verantwoordelijkheid bij die kwaadwillenden. Maar toch zul je er rekening mee moeten houden dat jouw statements, zoals ‘hij sloeg mij’ of ‘zij was naakt’, soms zonder context of met aangepaste context bij lezers/toehoorders gaan belanden. En daardoor zul je misschien minder informatie gaan plaatsen, of in een vorm waardoor de context onlosmakelijk deel uitmaakt van elk citaat van jou waar mensen naar kunnen verwijzen. - De regels voor ‘heilzaam’ worden pas écht lastig. Want hoe kan Metta jou motiveren om iets publiekelijk te communiceren, zonder eigenbelang? Als het algemene informatie gaat, zoals je mening over een maatschappelijk thema, dan valt het wel mee. Zolang je zaken niet uitvergroot, luistert naar de andere partijen, niet doelbewust polariseert en ‘de bal maar niet de man speelt’ dan zou het heel goed kunnen zijn dat je publieke communicatie ethisch gezien acceptabel is. (Natuurlijk zolang jouw mening zelf voldoet aan de leefregels waaronder metta; dus alles wat met leugens, lasterende taal, harde woorden of onzinnig gepraat van doen heeft, en vaak ook polariserend is, valt al af. Ook hier, kijk met chirurgische precisie naar de staat van je eigen geest…)
- Maar zodra in de communicatie een mening over een ander persoon (publiek of niet) voorkomt dan wordt het heel, heel lastig. Je kunt je serieus afvragen of social media überhaupt wel kunnen voldoen aan de eis om nieuws dat waar-waarachtig-heilzaam is naar een ander te communiceren ‘op de juiste tijd’, dus in een ontvankelijke toestand. Het ligt anders als je iets primair privé met die persoon gecommuniceerd hebt en daarna jullie verschil van opinie (en feitenweergave) publiek maakt.
Dus algemeen advies: zie publieke communicatie gewoon niet als geschikt primair kanaal, als geschikte ‘gelegenheid’, voor berichten over een ander persoon. Gebruik hem, dus ook social media, alleen voor informatie-uitwisseling over onderwerpen (inclusief boeddhisme). En ook daar houdt je de vijf leefregels goed in het snotje!
Bottom line
Tja, Boeddha maakt het ons niet makkelijk. Het juiste handelen én zuivere spraak blijken niet alleen te leunen op praktische regels, maar ook op zelfreflectie. En met chirurgische precisie naar de staat van je eigen geest kijken, hoe doe je dat nou precies? Deze vraag beantwoordt de Arana vibhanga soetra niet direct; hiervoor heb je weer andere teksten, bijvoorbeeld over achtzaamheid (sattipatana soetra) of metta (karunya metta soetra) nodig. Aan de slag gaan met juist handelen, juiste spraak en zelfreflectie lijkt me een mooi voornemen voor het volgende kalenderjaar, toch?
Siebe zegt
Het wordt allemaal veel te complex joh als je je aan al die regels moet houden. Kom op, ga terug naar je eenvoud.
Je eenvoud is goed genoeg. Je hoeft niet als een Boeddha te doen of als een wijze of als een vredevolle en wat je je daar dan ook allemaal maar bij voorstelt. Gewoon opgeven, loslaten, niks imiteren.
Ook al die ideeen over het juiste dit en dat. Alsof je van te voren kunt bepalen wat het juiste handelen, juist spreken, juiste …in alle omstandigheden is. Dat hangt er altijd weer vanaf natuurlijk. En daar gaat het om. Dat je niet leeft vanuit vaste ideeen of opvattingen of routines of reflexen of praktijken, doelen, idealen maar je gewoon laat leiden in het moment.
Ujukarin zegt
Het zou kunnen, broeder. Ik ken je niet voldoende om te kunnen oordelen of dat ‘gewoon opgeven’ enzo voldoende werkt. Ik vind het echter te weinig gegrondvest in boeddhistische teksten om serieus te nemen laat staan aan anderen te adviseren. En sterker nog, ik vind het een groot kandidaat voor
“de motivatie waarmee een handeling gedaan wordt, en zicht op je innerlijke ware motieven versus jezelf-voor-de-gek-houden smoesjes”
Dus gewoon jezelf voor de gek houden onder het mom van opgeven-en-loslaten ;-)
Van een boeddhistisch advies zou ik minimaal verwachten dat je vaste ‘idealen’ hebt (de vijf leefregels), het moment helpt dan bepalen hoe ermee om te gaan.
Met gevouwen handen,