Ik ben geen deskundige op het gebied van de Lotus-Soetra, maar dat hoeft toch ook niet? De soetra brengt mij op allerlei gedachten en die wil ik met lezers van het BD delen. Hoeveel afleveringen deze serie gaat tellen, is pas na de laatste aflevering bekend. Deze keer:
Devadatta
Komen we bij de Boris Boef van het Boeddhisme: een volle neef van Shakyamuni, die zwaar de pest aan hem had. Devadatta. Volgens overleveringen was hij een wreed en verdorven mens. Ik heb geen idee of en in welke mate dat waar is. Hoe ook, Boeddha stelt in de Lotussoetra dat iedereen het boeddhaschap deelachtig zal worden, niet één levende ziel uitgezonderd. Dat wil zeggen: hoe wreed en verdorven Devadatta ook moge zijn, zelfs hij zal op een dag toch de verlichting smaken. Wat betekent dat? Niets meer of minder dan dat Hitler, Stalin, Mao Zedong, Papa Doc, Idi Amin, Milosevic en ook Poetin naast vele anderen die vele mensen graag voor eeuwig in de hel zien branden toch …
Het doet mij denken aan een ander verhaal, volgens mij uit de lessen van Paramhansa Yogananda. Het gaat als volgt (ik vertel het maar weer in mijn eigen woorden.) Het gaat over een zeer verdorven, wrede man, die de hoofdman wordt van een bende boeven. Laten we hem voor de gelegenheid Boris noemen. Boris heeft zich van klein kind af voorgenomen de grootste boef te worden die er ooit op aarde heeft rondgelopen. Als kleuter haalt hij allerlei kattenkwaad uit, als puber is hij de schrik van de buurt, als jong volwassene de nachtmerrie van het land en op den duur kent heel de wereld hem als capo di tutti capi in het kwadraat. Wanneer hij iets kapot kan maken, zal hij het niet nalaten. Zo laat hij op zekere dag een schitterende eeuwenoude gezonde boom omhakken zodat ie precies over een rivier valt, opdat er geen schip meer door kan. Maar, zoals het met stervelingen gaat, Boris gaat toch eens dood. Hij belandt in de hel. Maar … de baas van de hel, Satan himself, zegt dat ie een kwartier lang mag doen en wensen wat ie wil, omdat Boris in zijn hele leven toch een keer iets goed heeft gedaan. Boris is natuurlijk zeer verbaasd. WAT DAN? vraagt hij zich af. En dan herinnert Satan hem aan de boom die hij om heeft laten hakken. Doordat die boom precies over de rivier viel, kon een vader zijn zieke kind precies op tijd over die boom heen bij een arts krijgen, zodat het leven van dat kind werd gered. Boris denk na… dan wenst hij zich een snel paard, geeft het de sporen richting God. Op de seconde af valt hij aan het einde van zijn vrije kwartier voor de voeten van God en grijpt diens voeten vast. Dan beginnen de duivels die hem achterna zijn gekomen aan hem te trekken , maar dan zegt God: “Ga terug naar waar jullie thuishoren, maar laat hem hier. Wie mij eenmaal heeft bereikt, op welke manier ook, blijft bij mij.”
Ik wijs er maar op, dat het slechts een verhaaltje is, maar de strekking komt overeen met wat Boeddha zelf zegt: er zijn goede daden die helemaal goed zijn, maar ook daden die alleen goed lijken maar in wezen slecht zijn. En er zijn slechte daden die helemaal slecht zijn, maar ook daden die alleen slecht lijken maar in wezen goed zijn. Kortom, niet alles is wat het lijkt! In feite gaat het nog verder. Er zijn daden die noch goed noch slecht zijn en daden die zowel goed als slecht zijn. Het is niet alleen een kwestie van perspectief, het is ook een zaak van ‘niet oordelen’.
Devadatta dus. Hij was stikjaloers op zijn neef, en probeerde hem meer dan eens te vermoorden, onder meer door een keer een olifant dronken te voeren zodat het dier op hol zou slaan en Boeddha zou vertrappen. Toch spreekt Boeddha vrij mild over hem. Boeddha vertelt dat vroeger, in een vorig leven, Devadatta zelfs zijn leraar is geweest. “Ik kwam een keer een kluizenaar tegen die Asita heette. Hij kwam mij de hoogste leer onderwijzen als ik zou doen wat ik beloofd had (vruchten plukken, water halen etc.) Jarenlang onderwees hij mij, en het lijkt alsof dit duizend jaar duurde, maar ik was gelukkig en dankbaar en voelde geen eenzaamheid of vermoeidheid.” Die kluizenaar …dat was Devadatta!
Voor wie dit allemaal onwaarschijnlijk acht: wanneer je werkelijk aanneemt dat iedereen de boeddhanatuur in zich heeft; wanneer je werkelijk aanneemt dat er maar één WET is; dan geldt die WET dus ook voor Hitler, Stalin, Mao Zedong, Papa Doc, Idi Amin, Milosevic, Poetin en alle andere grote en kleine boeven. Ook zij dragen de boeddhanatuur in zich.
Vrouwen ook. Natuurlijk! Die gedachte was 2500 jaar geleden revolutionair. En voor sommige (mannen) in onze tijd is dat nog steeds zo. Vrouwen vallen onder dezelfde WET en dragen net als iedere man de boeddhanatuur in zich. En het is niet nodig om eerst man te worden. Niet in dit leven, en niet in welk volgend leven dan ook. Boeddha vertelt daarover een verhaal over een prinses. Nou ja, eigenlijk vertelt Manjusri dat in aanwezigheid van de Boeddha en die is het helemaal met hem eens. Manjushri heeft de hele Lotussoetra vertelt én uitgelegd aan het achtjarige dochtertje van een koning en Manjusri raakt niet uitgepraat over de heiligheid en volmaakte verlichting van dit meisje. Vele aanwezigen (op Gierentop) staan verbijsterd naar Manjoesri’s verhaal te luisteren. Een meisje? Hoe …
Maar dan staat het meisje plotsklaps voor hun neus. Zij knielt voor boeddha neer en heft een loflied aan. Zij zingt “Ik weet dat ik het heil kan krijgen, laat Boeddha mijn getuige zijn. Met de leer van dit grote voertuig verlos ik iedereen van verdriet en pijn.” Maar Sariputra is niet direct overtuigd. Hij somt allerlei redenen op waarom een vrouw géén boeddha zou kunnen worden. Daarop neemt het prinsesje een parel van haar borst en geeft de parel als geschenk aan Shakyamuni Boeddha, die het onmiddellijk aanneemt. De prinses zegt: “Ik offerde mijn parel aan Heer Shakyamuni en hij heeft hem aanvaard. Ging dat niet vlug?” Sariputra kan het alleen maar beamen. Dan zegt de prinses: “Met de ogen van uw verlichte geest zult u mij nu nog vlugger een boeddha zien worden”.
Iedereen zal vroeg of laat boeddha worden, om de doodeenvoudige reden dat het onontkoombaar is. Mannen die denken dat vrouwen dat niet kunnen, snappen er niks van. Vrouwen die denken dat alleen mannen het kunnen, snappen het ook niet. Mensen die denken dat alleen heilige boontjes het kunnen… snappen het ook niet. Boeven die denken dat het buiten hun bereik is, begrijpen het evenmin. Waar het op aankomt is dat iedereen zich de WET ten volle dient te realiseren. Daarvoor is uiteraard wél besef nodig. Verlies dat niet uit het oog.
Siebe zegt
“Ik wijs er maar op, dat het slechts een verhaaltje is, maar de strekking komt overeen met wat Boeddha zelf zegt: er zijn goede daden die helemaal goed zijn, maar ook daden die alleen goed lijken maar in wezen slecht zijn. En er zijn slechte daden die helemaal slecht zijn, maar ook daden die alleen slecht lijken maar in wezen goed zijn. Kortom, niet alles is wat het lijkt! In feite gaat het nog verder. Er zijn daden die noch goed noch slecht zijn en daden die zowel goed als slecht zijn. Het is niet alleen een kwestie van perspectief, het is ook een zaak van ‘niet oordelen’. (Dharmapelgrim)
Dus binnen de Lotus Soetra is opeens de intentie niet meer bepalend? Is de gedachte van de Lotus soetra dan zo dat je nooit kunt weten of een daad goed of slecht is, heilzaam of onheilzaam want je weet maar nooit hoe iets uitpakt, vooral ook op lange termijn? Is dat de gedachte? Je kunt toch nooit zeggen dat een een daad vanuit kwade wil goed is/wordt omdat er toch ook iets goeds uit voorkomt?
Dharmapelgrim zegt
Ik verwijs graag naar het artikel ” Karma kan ook in een later leven tot rijping komen ” dat op 26 mei 2023 in het BD stond. (André Baets).