EXCLUSIEF! Met zijn toespraak op de Dam op 4 mei veroorzaakte Premier Schoof veel verwarring. Hoe kan er zoveel ruimte zitten tussen zijn woorden en zijn daden? Maar Schoof zei bij de Nationale Herdenking niet wat hij had willen zeggen. Vrijdag Zindag kreeg dankzij een betrouwbare bron inzage in de eerste versie van zijn toespraak. Dat concept werd afgekeurd door de leiders van de coalitiepartijen. Deze Vrijdag Zindag brengt exclusief de niet uitgesproken toespraak. Lees hier wat de premier echt wilde zeggen.
“De laatste weken was er veel debat over de vraag wie wij hier vandaag herdenken. Op dit moment vindt in Den Haag een alternatieve bijeenkomst plaats. De organisatoren noemen hun herdenking inclusief. Ik trek daaruit de conclusie dat wat wij hier doen exclusief is. Dat betekent letterlijk dat we zowel elitair als uitsluitend bezig zijn. Ik erken en betreur dat.
Ik kan dat zeggen dankzij mijn huidige uitzonderlijke positie. Ik zit weliswaar in het centrum van de macht, maar ben feitelijk marginaal. Ik ben niet gekozen. Sinds ik mijn lidmaatschap van de Partij van de Arbeid heb opgezegd, ben ik partijloos. Ik sta alleen, zonder steun van een eigen partij. Ik vertegenwoordig alleen mijzelf. Mijn hart klopt echter nog steeds voor de sociaal-democratie. Daarom heb ik mij van harte beschikbaar gesteld toen drie democratische partijleiders geen autocratische collega als premier wilden, ook al had hij de verkiezingen gewonnen.
Maar ik weet dat ik een surrogaat-premier ben, bij voorbaat gemarginaliseerd. Vanaf het begin wist ik dat ik het meer moest hebben van gezag uit de marge dan van macht uit het centrum. Gezag kan ik immers juist ontlenen aan mijn marginale positie, als buitenstaander met de frisse blik. Zo neem ik van een afstandje waar wat politici doen. Mijn uitzonderlijke positie maakt het mij mogelijk te kijken naar de manier waarop macht werkt. In het kabinet en in het parlement zie ik daarom wat de coalitiepartijen doen – èn laten. Ik verzucht vaak ’tsjongejonge’, ook als er geen microfoon open staat.
Nog belangrijker: U bevindt zich op dit moment met zijn allen ook in de marge. Namelijk in de marge van de tijd. Dit moment van nationale eenheid is uitzonderlijk. Dagelijks zijn we immers verdeeld, zeker in de politiek. Maar nu ervaren we heel kort een gevoel van gezamenlijkheid. Zoiets gebeurt ook op Koningsdag. En natuurlijk als het nationale elftal speelt.
Voor korte tijd zijn we saamhorig, vandaag minimaal twee minuten. De normale machtsverhoudingen doen er eventjes niet toe. We zijn niet verticaal maar horizontaal met elkaar verbonden. Wederzijds begrip vergroot tijdelijk onze speelruimte. Vanuit die ruimte zeg ik wat ik op mijn hart heb.
Wat herdenken we hier, op dit moment, in de gedeelde marge?
In onze gezamenlijke marge wil ik verwoorden wat gezegd moet worden op dit uitzonderlijke moment. Ik geef weer wat de democratische meerderheid van het volk volgens mij voelt en denkt bij dit herdenken. Ik sluit daarbij allen in die nu in Den Haag hun eigen herdenking hebben. Zij dragen het hart op de juiste plek.
Ik denk dat het daar en hier niet in de eerste plaats gaat om de slachtoffers van oorlogsgeweld, ook al moeten we die met onze kransleggingen en persoonlijke bloemen blijven gedenken. De onenigheid over de vraag wie we wel of niet herdenken leidt echter af van waar het echt om gaat.
Het echte debat betreft het systeem dat steeds weer slachtoffers maakt. Dat systeem laat zich gelden in al die oorlogen, toen èn nu. Als we niets doen tegen dat systeem, staan we hier nog eens tachtig jaar op De Dam, of waar dan ook, om oude èn nieuwe slachtoffers te herdenken. We moeten het dodelijke systeem aanpakken dat ongegeneerd slachtoffers blijft maken.
Wat typeert dat systeem?
Er is een actieve internationale kongsie van autocratische regimes die oorlogen voerden èn voeren. Zij zijn soms democratisch gekozen, maar hebben daarna de democratie uitgehold. De jaarlijkse herdenking is onze rituele herbevestiging van de democratie, tegen de autocratische trends in. In onze tijd zien we een nieuwe autocratische golf over de wereld spoelen, met verschrikkelijke gevolgen. Dat is pas echt een tsunami. Daartegen moeten we ons op dit moment laten horen.
Deze jaarlijkse herdenking bepaalt ons feitelijk bij de kernwaarden die we als democratisch land hoog houden en die we niet kwijt willen. Dát is onze schuld aan de slachtoffers die we herdenken. Vandaag beloven we opnieuw saamhorigheid en medemenselijkheid. Die waarden gelden binnen onze landsgrenzen, maar ook wereldwijd. Daarom verwelkomen we wie vlucht voor wat autocraten elders aanrichten. We spreken autocratische regimes aan op hun wandaden. En steunen in ons buitenlands beleid alles wat gedaan wordt om nieuwe slachtoffers te voorkomen.
Als premier in de marge van dit land stel ik op dit gedeelde marginale moment voor om de Nationale Herdenking een andere vorm te geven. Vanaf volgend jaar wordt 5 mei de Dag van de Democratie, een vrije dag voor de vrijheid. We vieren voortaan jaarlijks het feest van de democratische kernwaarden. We kijken op die nationale feestdag terug, om ons heen, en vooruit. We gebruiken de dag als protest tegen alle autocratische trends in binnen- en buitenland. We gaan voorkomen dat de geschiedenis zich herhaalt. In die geest herdenken we op de Dag van de Democratie alle slachtoffers van autocratische regimes, van dat jaar en van alle tijden. Zo vieren we de democratische vrijheid.
Ik roep dus tot slot: Leve de democratie! Bent u het met mij eens, herhaalt u dan drie keer met mij: Leve de democratie!
Ik hoop dat ze dat in Den Haag gehoord hebben!”
Aldus wat de premier had willen zeggen.
Geef een reactie