In mijn tuin is het rustig. Een duivenpaartje koert en hoog in de boom zingt een merel. In de verte klinkt een zacht gebrom maar ik lees, zittend in het gras, rustig verder. Het gebrom wordt harder en klinkt nu als geronk. Het geluid komt steeds meer dichterbij en ineens zijn de veroorzakers recht voor me. Gekleed in leer, grote helm op, een bijna gezichtsbedekkende bril en met grote oorbeschermers rijden ze voorbij: het clubje.
Het clubje heeft weer de jaarlijkse route uitgezet en jaarlijks rijden ze hier voorbij. Grote zware apparaten tussen de benen die moeten verhullen wat er in die leren pakjes zit. Het is indrukwekkend om zo op pad te gaan en door de vele decibels die zij produceren worden we gewaarschuwd: pas op, wij komen er aan! Tientallen motorrijders: stoere houding, zware laarzen, breedgeschouderd, wijdarms en wijdbeens het grote apparaat voor zich uit sturend. Een blik op de ruggen van de motorrijders doet mij vermoeden dat dit vredelievende hobbyisten zijn, want ik zie geen logo van een of andere beruchte motorclan. Gelukkig is dit lawaai kortdurend, maar het kan ook anders!
Mensen die in een dijkwoning wonen kunnen erover meepraten, over die motorclubs. Ze zijn er het liefst in de weekeinden als de bewoners van de rust willen genieten. Met hun ronkende motoren bezorgen ze veel overlast. De dijkwoningbewoners klagen wat ze willen, maar ze worden niet gehoord. Acties, protesteren, het maakt allemaal niets uit. Het herrieseizoen begint juist als het mooi weer is en de mensen na de winter in de tuin willen zitten. En hoe overtuig je nu een motorrijder ervan dat zijn hobby een ware kwelling voor een ander kan zijn? We leven in een vrij land, maar die vrijheid mag toch niet ten koste gaan van anderen. Misschien gaat de techniek in de toekomst een oplossing bieden. Er zijn nu al stille elektrische auto’s en hopelijk komen er ook stille motoren. Maar ja, waar moet je dan je imago aan ontlenen als ‘het’ geen herrie meer maakt? Ik vrees dat het zover nog lang niet is.
In een ingezonden brief in Geluidnieuws, het online magazine over geluid, schrijft mr. Van Oostendorp: ‘Is het niet eens tijd om een Kamerbreed debat te initiëren over de volstrekte vogelvrijheid van berijders van zware motoren, die iedereen links en rechts passeren en in de weekends massaal het natuurgenot verpesten van miljoenen Nederlanders met hun herrie? Die niet voldoen aan geluidsnormen, aan snelheidsvereisten, aan correct verkeersgedrag en veelal handelen in strijd met plaatselijke voorschriften, vastgelegd in de APV? Zij werden ooit pretrijders genoemd, een eufemisme gezien door de talloze slachtoffers ervan.’
Ludovicus zegt
Zachtjes hoor je het geronk aanzwellen, dan komen ze voorbij en sterft het geluid weer weg. Als je dit als kwellend ervaart, ligt het aan jezelf. Laat het los en geniet van je mooie tuin. Gun anderen hun plezier. Leven en laten leven.
kees moerbeek zegt
Heppie is een keus, niet-heppie ook en gun het anderen om heppie of niet-heppie te zijn.Inderdaad, Lodewijk.
https://www.youtube.com/watch?v=H0m3Lfkzcw4
Ludovicus zegt
Zo is het, Cornelius!
rob zegt
Leven en laten leven…en niet over een kam scheren!
Vooral de ingezonden brief van mr. Oostendorp schuift brave huisvaders voor wie een dijkritje hun stukje “zen” is wel heel erg veel in de schoenen.
De excessen daargelaten is het in veel gevallen een keuze om er wel of niet last van te hebben.
We leven (gelukkig!)in een vrij land, laat daarom iedereen zijn hobby uitoefenen (binnen redelijke grenzen uiteraard!)
Han zegt
Er is uiteraard natuurlijk geluid en onnatuurlijk geluid. Naar mijn mening mag al het onnatuurlijk geluid uit mijn buurt blijven en wil ik gewoon rustig kunnen fietsen en lopen over de dijk. En knallende uitlaten en decibels over de top mogen van mijn part ver bij mij uit de buurt blijven. Daar gaat dit artikel ook over; ‘redelijk grenzen’.
Mededogen, het mes snijdt aan twee kanten.
Stiltespinster zegt
“Brave huisvaders”?
Een dijkritje is “zen”?
Happy een keuze?
Waar het om gaat is dat niet iedereen die keuze kent/weet en geluidsoverlast ervaart als iets dat hem/haar overkomt.
Om in motortaal te spreken is het wel erg kort door de bocht om te stellen dat het aan jezelf ligt!
Bovendien gaat het niet om incidentele gebeurtenissen maar om structurele overlast.
kees moerbeek zegt
Stiltespinster, waar het HEUS ECHT WERKELIJK om gaat :-) is dat de samenleving geen begraafplaats is, dus zullen we moeten leren leven met elkaar. Er zijn regels en voorschriften om te voorkomen dat we elkaar naar het leven staan.
Als mij iets irriteert vraag ik me nogal eens af waar dat vandaan komt, of het iets met mezelf te maken heeft. Een beetje gek, misschien wel. Maar o zo menselijk. Als ik sjagrijnig ben merk ik dat afgunstig kijk naar anderen, die het wel naar hun zin hebben. En als ze vrolijk zijn en ik in de put, vind ik ze een stelletje uitslovers :-)
Waar gaat het eigenlijk helemaal over :-)
https://www.youtube.com/watch?v=yq4uCWtQE24
Stiltespinster zegt
Wat jammer dat je chagrijnig kunt zijn en afgunstig.
Ik prijs mezelf gelukkig dat ik daar geen last van heb. Ik probeer me te verplaatsen in de mensen die regelmatig overlast ervaren en tracht dat uit te beelden in een sieraad.
kees moerbeek zegt
‘Ik prijs mezelf gelukkig dat ik daar geen last van heb.’ Je bescheidenheid siert je, gefeliciteerd :-)
R. Glas zegt
Stillere motoren gaat niet helpen. (die zijn er al). De motoren worden nu vaak zo behandeld dat ze extra herrie maken. Maken veel dB’s iemand stoer?
De motorrijders verliezen het in dan van de winterkoning: die maakt veel meer decibellen per kilo, en heeft er geen extern apparaat voor nodig.
Ik wens de dijkbewoners en recreanten sterkte, en hoop dat er beter wordt gecontroleerd op toegestane herrie, snelheid en rijgedrag.
G.J. Smeets zegt
Even heel wat anders. Het woord ‘ondraaglijk’ betekent onuitstaanbaar, niet te pruimen – zoals knettermotoren op de dijk. Toch worden de sieraden van deze serie steevast en letterlijk als ‘ondraaglijk’ gepresenteerd. Is dat artistieke zelfspot? Of verwart Stiltespinster ‘ondraaglijk’ met ‘ondraagbaar’?
Stiltespinster zegt
Artistieke zelfspot? Misschien wel, misschien niet.
Ondraaglijk verwijst naar de ondraagbaarheid én tevens de ondraaglijkheid.
Niet te dragen dus: zowel het geluid als het sieraad.
Het zijn maar woorden. Maak er van wat je wil.
G.J. Smeets zegt
“Het zijn maar woorden. Maak er van wat je wil.”
Tja, motormuizen zeggen dat ook: “Het zijn maar motoren. Maak er van wat je wil.”
Wat ik wil is niet aan de orde, aan de orde is wat Stiltespinster bedoelt. Ik verneem dat ze “misschien wel, misschien niet” aan zelfspot doet. En dat ze met ‘ondraaglijk’ eigenlijk ondraagbaarlijkheid bedoelt. Woordgrapje – om de stilte te doorbreken.
Anecdote: waar ik woon razen iedere week het hele jaar door motoren in mijn oren. Jankende motorzagen die bomen snoeien, dan wel huilende motorfrezen die onkruid eronder houden, dan wel hitsige persluchtpompen waarmee fruitbomen tegen parasieten worden bespoten, dan wel stampende tractors die spullen af- en aanvoeren.
Dat dus iedere week en het hele jaar door. En jij maar mopperen over de verstoorde rust in je tuin, 3 maanden per jaar enkel in het weekend als een nest pretmotormuizen langskomt. Je hebt kennelijk geen idee hoe bevoorrecht je bent.
Stiltespinster zegt
Toch nog maar even de column goed lezen !
kees moerbeek zegt
Ergerlijk, nietwaar, al die mensen met een eigen mening? En het zijn er zoveel. https://www.youtube.com/watch?v=ucgU2DJlBiw