Het zal, denk ik, een paar dagen na de verschrikkelijke aanslagen in Parijs geweest zijn. Toen kogels en bomvesten een eind maakten aan levens, ouders opeens de vader en moeder waren van terroristen en angst onze levens binnensloop. Op de televisie zag ik een voetballer bij een Nederlandse topclub uitleggen wat de islam voor hem betekende, dat dat hem tot een beter mens maakte en een betere voetballer.
De voetballer, die inderdaad een gelukkige indruk maakte, was door de interviewer niet uitgekozen vanwege zijn prestaties op het veld, maar vanwege zijn komaf, voorheen Turks of Marokkaans maar nu NL. De interviewer speelde een thuiswedstrijd, want de speler zei inderdaad dat hij de aanslagen in de Franse hoofdstad vreselijk vond. En legde gelijk een link met zijn godsdienst die dergelijk gedrag afkeurde.
Ik begrijp werkelijk niet wat voetbal met godsdienst te maken heeft. Ja, ik zie voetballers wel eens een kruisje slaan als ze scoren, of hun handen ten hemel heffen. Ik voelde me een beetje ongemakkelijk met dat vraaggesprek, dat altijd maar te pas en onpas oplepelen van een godsdienst. Het bleef maar door mijn hoofd spoken. Ik ken in mijn directe omgeving wel moslims, maar ook rooms-katholieken, ongelovigen, zwarte kousenkerkmensen, Jehova getuigen, gereformeerden, atheïsten en meer van dat spul en het maakt mij geen ruk uit hoe en waarom ze wel of niet geloven. Het zijn in de eerste en laatste plaats mijn familie, vrienden en kennissen en collega’s. Mensen dus. Ze zijn me allemaal even lief.
Vorige week dinsdag gebeurde het. Ik ontdekte: ik was die voetballer zelf, want wie ik ook ontmoet, ik praat altijd over het boeddhisme. Laatst nog. Een monteur kwam over de vloer van de Kloosterbunker, zag op tafel een boeddhistisch boek liggen, en hup, ik stak van wal. Vertelde over lijden, de oorzaak van lijden enzovoort enzovoort. Ik hoorde het vliegwiel in mezelf, Bonifatius die bij Dokkum is vermoord. Zelfs in een Turkse halalwinkel, waar ik brood koop, en bij Japie Patat, gedreven door twee voormalige en huidige Turkse broers, tover ik de Boeddha uit de doos. Die jongens van Japie vertellen dan over hun tante die dood is en de islam en ik repliceer dan het boeddhistisch gedachtegoed. Temidden van de loempia’s en halal bitterballen. En de voortreffelijke pindasaus.
Ik zal u al die tientallen gebeurtenissen waarin ik anderen vertelde over de rijkdom en zegeningen van het boeddhisme, en mijn eigen ervaringen daar mee, onthouden. Ook omdat ik als redacteur van het Boeddhistisch Dagblad heb ontdekt dat de waarheid altijd een achterkant heeft. Dat boeddhisten zeer gewelddadig blijken te zijn en tot moord en doodslag in staat. Zanger Hans de Booij zegt dat ze dan geen boeddhist zijn, een boeddhist moordt niet, steekt geen huizen in brand, blijft met zijn handen van anderen af.
Ik praat al decennia over het boeddhisme, zo vol ben ik er van. Ik wil graag delen. Afgelopen woensdag zei ik tegen een vriendin met wie ik mediteer, dat ik in mijn privé omgeving, vrienden, kennissen en de hele reutemeteut, ja ook met Japie Patat, niet meer over het boeddhisme zal praten. Bijdragen aan het wij en zij gevoel, ik en de ander. Ze keek me aan en ging gewoon door waar ze mee bezig was. Het leek wel of ik vanaf dat moment ruimer in mijn jasje stak. Ik voel me werkelijk een ander mens. Waar een islamitische voetballer al niet toe kan leiden.
Dit is aflevering tweeënvijftig uit een nooit eindigende serie columns.
Moge iedereen gelukkig zijn, ook zonder Japie Patat.
zeshin zegt
Eh,… Maakt die Japie goeie patat?
Hans van Dam zegt
Plaats: Jopie Patat
Tijd: Volgende week
Zegt de ene boeddhist: Het maakt mij geen fluit uit wat mensen geloven. Ze zijn me allemaal even lief. In de privésfeer praat ik niet meer over het boeddhisme. Het lijkt wel of ik sindsdien ruimer in mijn jasje steek. Ik voel me werkelijk een ander mens.
Zegt de andere: Waar praat je dan wel over?
Zegt de ene: Over voetbal.
Roept een hooligan: Mij maakt het geen reet uit wat mensen aanhangen. Ze zijn me allemaal even lief. In de privésfeer praat ik niet meer over voetbal. Het lijkt wel of ik sindsdien ruimer in mijn jasje steek. Ik voel me werkelijk een ander mens.
Roept een andere: Waar praat je dan wel over?
Roept de ene: Over het boeddhisme.
zeshin zegt
Zegt de automonteur tegen zijn visite, Ik praat niet meer over auto’s. Ja maar het is toch je vak, hoe zit dat nou, mijn auto wil bij koud weer nooit starten.
Ik praat niet meer over auto’s Maar dominee, hoe zit dan nou met god in Frankrijk? Ik praat niet meer over god zei de dominee. Ssssstttt, wees stil,…. het begint ergens op te lijken.
Hans van Dam zegt
Zegt Willem de Zwijger: En over stilte wil ik het helemaal niet meer hebben.
G.J. Smeets zegt
Joop,
dat fotootje, wat staat op die tag die halfweg je borst / buik prijkt? Als dat geen lidmaatschapskaart van het een of ander is vreet ik een bezem.
Kaarin zegt
Ik luister graag. Naar verhalen over Boeddhisme, over auto’s, over patat, over stilte, over niet weten en en en … Ik leer graag. Over over Boeddhisme, over auto’s, over patat, over stilte, over niet weten en en en…
Dank voor dit alles!