Democratie wordt als de hoogst ontwikkelde staatsvorm gezien. Een moderne staat wordt getoetst op zijn democratisch gehalte en de mate waarin het volk inspraak heeft. Ontwikkelingslanden komen alleen in aanmerking voor ontwikkelingshulp als ze een democratisch staatsvorm hebben.
Democratie is een mooi ideaal dat in de praktijk, zelfs in de moderne staten, moeilijk hanteerbaar blijkt te zijn. De medezeggenschap ontaardt gemakkelijk in een strijd van partijbelangen en het recht tot blokkeren. In de meest democratisch ontwikkelde staten zien we hoe het democratisch gezag is aangetast door hebzucht en macht.
Het bestuur van de Verenigde Staten wordt lamgelegd door een politieke strijd om de macht. België heeft een jaar lang zonder regering moeten leven. In Italië lijkt democratie meer op een tragedie en in Griekenland loopt de democratie eveneens vast. Nederland is niet achtergebleven, want de partijstrijd lijkt bijna onoplosbaar.
Plato voorzag het gevaar dat democratie op anarchie kan uitlopen omdat iedereen het recht van medezeggenschap opeist, een bron van misbruik en amateurisme. Daardoor ontaardt democratie gemakkelijk in een machtsstrijd. Het ideaal is dat de burgers zich medeverantwoordelijk voelen voor het beleid, maar dit ideaal wordt gemakkelijk aangetast.
De aantasting ontstaat door het recht van medezeggenschap zonder de verplichting van medeverantwoordelijkheid voor de goede gang van zaken. De eenzijdige nadruk op het recht van spreken kan gemakkelijk ontaarden in een egoïstische machtsstrijd van belangen. Een andere aantasting van de democratie is de rol van het partijbelang. Burgers kiezen elke vier jaar een nieuwe volksvertegenwoordiging waar partijbelangen vaak de hoofdrol spelen. Daardoor komt de stem van het volk nauwelijks tot zijn recht.
De moderne mens is beter ontwikkeld dan vroeger en heeft vaak een eigen mening over allerlei zaken. De veelheid van belangen en opvattingen maakt eensgezindheid meestal heel moeilijk. Daardoor werkt de democratie niet goed meer en vervalt gemakkelijk in een strijd van partijbelangen waarbij de macht van de sterkste geldt. Er is vernieuwing nodig in de democratische aanpak.
Waar gaat het om in de democratie? Om het welzijn van ons volk. Om de duurzaamheid van ons bestaan, van onze kinderen, van onze natuur. Het blijkt dat alles met alles te maken heeft. De democratisch vraag is een waaromvraag die zich verdiept tot de zinvraag. Het is de zin van ons voortbestaan, niet alleen van onze mensen, maar van heel de wereld. Niet alleen van onze mensen maar ook van onze natuur. Onze democratie is in een crisis geraakt, omdat die verouderd en te eenzijdig is geworden. We hebben ons in ons democratisch beleid alleen gericht op onze materiële rijkdom, op ons bankwezen, op bezuiniging. Daarmee hebben we uit het oog verloren dat het om de duurzaamheid en de zin van ons bestaan gaat.
In de moderne democratie gaat het om de zinvraag van ons bestaan, van onze natuur, van onze jeugd, van onze oudere mensen. Onze oude democratie is aangetast door zinloosheid, de zinloosheid van onmenselijke bezuiniging, zinloosheid van de bureaucratische dictatuur, zinloosheid van de armoede en werkeloosheid, zinloosheid van de vervuiling van de natuur. Het gaat om de bewustwording van de zinvraag. De uiteindelijke kracht van de democratie is de vraag hoe we ons beleid zinvol kunnen maken.