Elk jaar maak ik als tijd weer hetzelfde gelazer mee, pas een jaar jong word ik als oud afgeserveerd. Om plaats te maken voor een nieuw jaar, dat ook maar een jaar leeft. Er is niemand die het voor me opneemt, geen VN, geen Human Rights Watch, geen ANWB, zelfs Willem Alexander noemt mij niet in zijn troonredes. Jong leven in de knop geknakt.
Ik heb geen familie, wel twaalf kinderen van wie me de een na de ander ontvalt. Ze dragen prachtige namen, zoals Augustus en Maart, de enige zoon die nog in leven is, voor enkele dagen, is December. Hij vertrekt gelijk met mij. Nog geen maand oud. Nou, ja, dan hoeven we elkaar ook niet te missen, dat is dan weer een geluk bij een ongeluk.
Nee, ik heb geen lange witte baard en loop ik niet krom, zoals moeders hun kinderen doen geloven als ze vertellen over oud en nieuw. Ik ben ook niet moe, rampen en voorspoed raken mij ook niet persoonlijk. Ik heb geen kast met nare of leuke herinneringen, die ik meedraag of mij opbeuren. Ik ben de eindeloze tijd- gevat in een jaar. Een dossierkast.
In het huis waarin ik tijdelijk woon heb ik alle klokken verwijderd, tijd speelt geen rol meer, is uiteindelijk toch door mensen verzonnen om te kunnen ordenen. Ik weet nu niet welke dag het is of hoe laat. Aan het vallen van de duisternis merk ik dat het vroeg in de avond of eind van de middag is. Vroeger gingen mensen met de kippen op stok in hun boerderijtje- met ook een klein varken. Boer en boerin. Nu rijden treinen op tijd en nadert mijn einde en ik word pas weer genoemd in de opsomming van eeuwen. Weet je nog?
Gelukkig nieuwjaar, zeggen de mensen tegen elkaar, alsof het jaar zelf mensen gelukkig kan maken. We hebben dat zelfs niet in eigen hand, als mens. Geluk is altijd tijdelijk en mensen zijn bang dat het geluk hen ontnomen wordt. Geluk maakt angstig. Maar de mensen moeten het elkaar blijven toewensen, vind ik, hoop doet leven en het leven op zich is prachtig.
Vertrekken is nooit leuk, ik ben straks een herinnering. Niet voor mezelf maar voor mensen. Voor hen is er ook zoveel gebeurd in mijn periode. Er was en is veel verdriet, alleen in de Lage Landen al stierven vele duizenden mensen aan corona en al die mensen hebben vrienden, familie, partners, kinderen, broers en zussen die een oceaan van leed vullen. Jongeren raken van het pad omdat ze school en vrienden missen. De mensen zien nu hoe betrekkelijk voorspoed is, de ziekenhuizen kunnen de ellende niet meer aan. Veel mensen kunnen de ellende niet meer aan. Gezelligheid kent geen tijd zeggen ze weleens, wanhoop ook niet.
Zo tegen het eind van mijn jonge leven maak ik nog mee dat een vrouw die in de bijstand loopt 7000 euro terug moet betalen aan de uitkeringsinstantie omdat haar moeder boodschappen voor haar deed en betaalde. Juridisch zal het allemaal wel kloppen, maar is er iemand die het begrijpt? Als moeder laat je je kind toch niet wegrotten. Bij een huiszoeking zagen de controleurs in haar woning tassen van Albert Heijn naar het schijnt en die passen niet in het leven van een bijstandslijder met hoge rekeningen. En een liefhebbende moeder.
Het boeddhisme, ik ben geen boeddhist als jaarling, kent de bodhisattva gedachte, hulp verlenen zoals een moeder haar enig kind zou helpen en redden. Dat wordt blijkbaar niet altijd begrepen.
Moedig voorwaarts!
Ruud van Bokhoven zegt
Joop dit heb je weer mooi geschreven als laatste voor dit jaar en van de 31 naar de 1, een andere maand, een nieuw jaar.
Dank je voor al je werk dat je in dit afgelopen jaar hebt gestoken voor hen die het horen wilden.
Ik wens je een goed nieuw jaar van gezondheid en geluk, kracht en wijsheid🙏
Piet Nusteleijn zegt
Dit is ook mijn wens en dank.