Bij zelfonderzoek ontdekt Taigu twee zielen in zijn binnenste. Zal bij de moderne mens de leegte het ooit winnen van de doelgerichtheid?
Het is twee jaar geleden dat ik De mannen achter De Standaard publiceerde, een studie over een krant in de negentiende eeuw. Deze zomer is het boek opgenomen in de Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren, dus wie nieuwsgierig is, hoeft niet ver te zoeken.
Zelf ben ik in een aanval van leeswoede weer eens goed de geschiedenis van de moderne wereld ingedoken, terug in de tijd naar de eeuwen vóór de negentiende eeuw. Ik heb altijd een bijzondere belangstelling gehad voor de geschiedenis van religieuze bewegingen. In de wording van de moderne wereld zijn religie en religieus bewustzijn diepgaand beïnvloed door de Reformatie, de Europese introductie van de boekdrukkunst, de stormachtige ontwikkeling van de natuurwetenschap, het rationalisme van de Verlichting, de Franse Revolutie en tal van andere factoren. Mijn boek gaat over het gebruik van de openbare meningsvorming door een religieuze beweging in de negentiende eeuw.
Wie zich ook interesseerde voor religie was de Japanse filosoof Keiji Nishitani (1900-1990), een vertegenwoordiger van de Kyotoschool. In zijn dertiger jaren was hij in Europa om de westerse cultuur, en in het bijzonder de invloed van het christendom, te bestuderen. In zijn boek Religion and Nothingness, verschenen in 1982, komt hij met rake waarnemingen op de proppen. Het tijdsbesef van westerse mensen kent een begin en een einde, omdat Gods plan zich van oudsher in de tijd ontvouwde. Dit veranderde niet toen de secularisering God naar de achtergrond drong. Het “Uw wil geschiede” werd voor de westerse mens “mijn wil geschiede”. In het middelpunt van ieder streven, ieder verhaal, staat immer een zelfbewust subject, een mens of een groep mensen. Hun verhaal staat altijd in het teken van een zingevend verband-in-de-tijd.
Nishitani contrasteert het levensgevoel aan de basis van de westerse mensheid met dat van het boeddhisme, om precies te zijn met dat van Mahayana. Wie leeft op het veld van de leegte (sunyata), beweegt zich vederlicht van ogenblik tot ogenblik, omdat hij of zij zichzelf vergeet. Zo iemand handelt niet “om te”, d.w.z. om iets te bereiken; deze mens is eerder een “homo ludens”, een spelende mens. In de doelloosheid ligt zijn of haar vrijheid.
Ik moet denken aan mijn dharmanaamgenoot, de zwervende zendichter en kalligraaf Ryokan Taigu. Onderweg ging hij meedoen, wanneer hij kinderen ontmoette die bezig waren met een balspel.
Wie mij eveneens voor de geest komt is Carl Jung, de Zwitserse psychiater en mysticus, die precies begreep waarover Nishitani het had. Tegelijkertijd legde Jung in 1939, in een voorwoord bij een boek van D.T. Suzuki, twijfel aan de dag of de zenweg wel geschikt was voor westerse mensen, juist omdat deze een eigen individualiteit en doelgerichtheid moeten ontwikkelen om aan de verwachtingen te kunnen voldoen die er in de maatschappij over hun functioneren bestaan. Dezelfde aarzeling toonde Jung toen hij bijna twintig jaar later ten overstaan van enkele van zijn studenten in een gesprek over zen was verwikkeld met Nishitani’s collega-filosoof Hisamatsu.
De historicus in mij leest en schrijft over verbanden in de tijd, terwijl Taigu af en toe spontaan de nembutsu reciteert. Het laatste is geheel conform Nishitani’s leven op het veld van de leegte. Maar of de spelende mens ooit de overhand zal krijgen, bij mij of bij andere mensen die leven in de ban van het “om te”, ik durf het niet te zeggen. Als historicus ben ik in ieder geval verkeerd ingereden.
kees moerbeek zegt
Nu begrijp ik de titel van je artikel Homo Ludens, Jules Prast. Je noemt Ryokan Taigu je dharmanaamgenoot. Je bescheidenheid komt inderdaad nogal speels bij me over, echt zen :-)
Piet Nusteleijn zegt
Taigu, die laatste zin begrijp ik niet:
“Als historicus ben ik in ieder geval verkeerd ingereden”.
Wil je het uitleggen?
kees moerbeek zegt
Auto’s die productiefouten blijken te hebben worden teruggeroepen naar de fabriek. Bijvoorbeeld, omdat er iets met de airbags is.
Maar dat auto’s verkeerd ingereden zouden zijn hoor ik al tientallen jaren niet meer.
Een raadsel, Piet. Een geval van homo ludens, de spelende mens?
Taigu zegt
Ook de wetenschappelijke geschiedschrijving projecteert volgens Nishitani een begin en een einde in de tijd, en legitimeert daarmee ’s mensen wil om ondanks alles zichzelf te blijven. Dit vormt een belemmering om te leven op het veld van de leegte.
Religion and Nothingness, hoofdstuk 6, “Sunyata and History”, pp. 226-227.
kees moerbeek zegt
Blijkbaar is die Nishitani alwetend en inclusief literatuurverwijzing.
Echt, Jules?
Metta, Taigu en Jules