Je kunt het je tegenwoordig niet meer voorstellen, maar er is een tijd geweest dat dagbladen en zelfs tv-omroepen op 1 april, als Alva in Den Briel zijn bril verliest en mensen elkaar in de maling nemen ‘je veter zit los’ de aangesprokene bukt maar ziet niks: 1 april, nepberichten de wereld instuurden, gelegaliseerd fake news, om mensen naar een bepaalde plek of evenement te lokken en daar later melding van te maken. Zo, we hebben jullie toch maar mooi bij de neus gehad. Het is te kinderachtig voor woorden, maar wij van het persbureau Regio Pers Rotterdam (RPR) deden daar lustig aan mee. De foto hiernaast is op 30 maart 1971 genomen bij de Amerikaanse ambassade in Den Haag. Sjeik Fred wordt handhandig weggejaagd.
Het waren de laatste dagen van maart 1971 en Paul Stolk, mede-eigenaar van RPR en ik hadden bedacht dat het in het kader van het 1-aprilgedoe leuk zou zijn om een Arabische sjeik in zijn eenpersoonsduikboot, waarin hij alle wereldzeeën had doorkruist, op de kust van Den Haag te laten landen en dan een bezoekje te laten brengen aan de Amerikaanse ambassade in Den Haag. We zouden dan een bericht de wereld insturen over de landing en Amerikaanse ontvangst en bezien welke krant het nieuws zou opnemen.
De koepel van de toren van de onderzeeër was een grote oude metatalen wasteil van mijn moeder. We hadden er een antenne op gemonteerd en de teil zodanig in de zee gelegd en gefotografeerd dat het leek alsof er inderdaad een onderzeeboot arriveerde. Onze sjeik was Fred, een medewerker van onze Haagse redactie, die gekleed in witte lakens en een hoofdband en een voor iedereen en ook voor hemzelf een vreemde taal brabbelend de stad inliep. Hij trok veel bekijks, onze sjeik. Fred arriveerde bij de ambassade, de luiken waren neergelaten, alles potdicht en de marechaussee bij het gebouw in oorlogshouding. Was de sjeik gewapend, was het een terrorist, wilde hij de ambassade aanvallen?
Je hoorde Fred al van verre aankomen met zijn koeterwaals Arabisch, en af en toe een luide kreet. Hij bleef in zijn rol, ook toen hij hardhandig door de marechaussees die de relatie tussen Nederland en Amerika niet wilden laten beschadigen, werd verwijderd en opgejaagd over straat en Fred zo wit zag als de lakens die hij droeg. Zo’n ontvangst had hij niet verwacht.
Fred was een echte Hagenees met wie je graag kon lachen. Hij wist alles van iedereen en had de beste contacten met de Haagse politie. Zijn oude moeder woonde alleen in een appartement en als je aanbelde en zij de deur opende zag je op een tafeltje in de gang een politiepet liggen. Door Fred geregeld bij een politieagent zodat een aanbellende onverlaat met snode plannen daar vanaf zou zien.
Fred paste zeer in ons Haagse, knotsgekke redactieteam. Fotograaf Erik had een vliegbrevet en wij een luchtfotografievergunning. Als het nodig was huurde ik een Cessna op het vliegveld Zestienhoven en Erik vloog me dan naar de locaties die ik opgaf. Wat ik niet wist was dat hij met andere piloten had afgesproken mij te luchtdopen. Op een vlucht boven de Noordzee met de rollende golven onder mij en een raar bewegend vliegtuig om mij heen was het bijna zo ver dat ik het kotszakje moest pakken, maar had toen ook de streek van Erik door. Lamlendig maar recht overeind landde ik weer op Zestienhoven en Erik verloor zijn weddenschap.
Mijn persbureau was aangesloten op de betaalde pers alarmdienst van de politie in de grote steden. Als er een calamiteit was werden wij en andere journalisten gebeld. Dag- en nacht. Als er ’s nachts iets aan de hand was in Den Haag en Cor had dienst, moesten we altijd rekening houden met vertraging omdat Cor eerst een beenprothese moest aangespen die naast zijn bed stond. Zijn camera’s hingen aan de prothese om snel te kunnen uitrukken.
Het was een gezellig zootje daar in Den Haag. Maar wel getalenteerd. Oh, oh Den Haag. Wat een tijd.
Moedig voorwaarts!
BIJSLUITER: het lezen van deze columns kan leiden tot groot geestelijk ongemak, woedeaanvallen, depressies, onbeheerst gedrag, angstaanvallen, maagzuur, zweten, ongeloof, twijfel aan eenieder, straatvrees, lange tenen en het geloof in het eigen gelijk. Bij de lezers. Scheldpartijen en een onbedwingbare drang om te reageren zijn waargenomen. Sommigen willen mij corrigeren. Of bedanken. Of prijzen. De drang om in verzet te komen is waargenomen, het abonnement op te zeggen. Sommigen besluiten de krant niet meer te lezen, of te boycotten. Er kwaad over te spreken. Te janken of te vloeken. De straat op te gaan om te demonstreren maar niet weten waartegen. Het boeddhisme de rug toe te keren. Of aan de drugs te gaan. En zo gaat het maar door.