Er wordt wat af gescholden en geschreeuwd, vandaag de dag. Dat is een gevaarlijke ontwikkeling. Want verbaal geweld gaat gemakkelijk over in fysiek geweld. Moet iedereen die zich aan de taalverruwing stoort, maar net zo hard terug schreeuwen om gehoord te worden? Of is er een alternatief?
Het achtvoudig pad uit het boeddhisme biedt aanknopingspunten. Het achtvoudig pad bestaat uit een stel leefregels die goed zijn voor ieder individu en zijn omgeving. Het biedt verlichting, zogezegd. Juist spreken is één van de leefregels. Juist spreken zou een uitstekend antwoord kunnen zijn op de taalverruwing in de wereld. Iedereen kan het en het kost nog niks bovendien.
In Nederland werd de taalverruwing goed zichtbaar in de Tweede Kamer. Groepen mensen werden beledigd met aanduidingen als “kopvoddentaks” als woord voor het voorstel om een belasting op hoofddoeken in te voeren. Een bevolkingsgroep werd weggezet met “minder Marokkanen”. De minister-president werd aangesproken alsof het een buurjongetje was die de bal tegen het raam had geschopt, met “Doe eens normaal, man”.
Ook op straat speelt de taalverruwing. Nog maar kort gelezen was in het nieuws dat kleine aanrijdingen steeds vaker uit de hand lopen, in plaats van een gezamenlijk invullen van het schadeformulier. Ook de rijdende rechter van het gelijknamige Tv-programma komt om in het werk. De echte juridische macht ís al overbelast, deels vanwege uit de hand gelopen conflicten.
Het internet speelt een grote rol in het steeds hoger oplopen van de emoties. Op Twitter, tegenwoordig X, schelden mensen elkaar verrot. Feiten spelen een ondergeschikte rol. Het zijn de meningen die botsen. Een gezamenlijke grond, een paar uitgangspunten waar de partijen het over eens zijn, ontbreekt vaak. En daar gaat het al mis.
Juist spreken
In ons wakend en werkend leven praten we heel wat af. Zonder erbij stil te staan, verliezen we gemakkelijk de zorgvuldigheid die daarbij nodig is. Boeddha formuleerde drie basisregels: is het noodzakelijk dat we dit gesprek voeren? Kloppen de feiten; is het juist wat we zeggen? En ten derde: doen we er niemand kwaad mee? Bij dat laatste kan iedereen die wel eens gekwetst is, zich iets voorstellen. Woorden kunnen verbinden én verdelen! De drie vuistregels zijn overzichtelijk. Die kan iedereen onthouden en die zouden een fantastische basis kunnen zijn voor elk gesprek dat we voeren.
Niet liegen
Juist spreken begint met niet liegen. Voor boeddhisten begint dat bij onszelf. Er zijn drie giffen, die het ego opblazen en ons ervan afhouden het juiste te doen. Dat zijn ten eerste willen grijpen, hebzucht, willen vasthouden. Ten tweede boosheid, woede, van ons af willen duwen en ten derde onwetendheid met wat ons drijft. Op welke momenten zijn deze drie drijfveren de motor van wat we zeggen? Ze houden ons af van juist spreken. Als we ons daarvan bewust zijn, dan kunnen we onjuist spreken gemakkelijk voorkomen. We piekeren minder, zijn minder boos of teleurgesteld en dat is goed voor onszelf en onze omgeving. Ga maar na: over boosheid bestaan de uitdrukkingen “Ik stikte zowat van woede” en “Ik werd flink giftig op die auto die me sneed in het verkeer”. Zo leuk is het dus niet om boos te zijn. Leugens misleiden onszelf en onze omgeving. Liegen doet het begrijpen en omgaan met de omgeving geen goed. Overdrijven is ook een vorm van liegen. Het wordt wel gebruikt om onze verdiensten op te poetsen. Dat is goed voor ons ego. Het zelfde ego waarmee we ons tegenover de wereld plaatsen in plaats van er een onderdeel van te zijn, waarmee we in harmonie moeten leven.
Laster
Laster is een manier om kwaad te spreken over de ander, met de bedoeling om onszelf beter voor te doen dan we zijn. Laster is het opzettelijk beschadigen van de reputatie van de ander. Net als met liegen beschadigen we de ander, maar ook onszelf ermee. Roddelen is ook te beschouwen als een vorm van laster. De ander is er niet bij. We praten op een negatieve manier over iemand die afwezig is en zich dus niet kan verweren. Als roddel en laster eenmaal zijn uitgesproken, blijft daar altijd iets van hangen. Ze bevorderen een negatieve, giftige sfeer.
Een leuk experiment is om een maand lang niet te spreken over mensen die er niet bij zijn. In veel gevallen scheelt dat een hoop loze praat. Het geeft innerlijke rust. Er wordt minder geoordeeld. Kortom het zou wel eens een verademing kunnen zijn. Het biedt ruimte om geconcentreerd met het hier en nu bezig te zijn. Dat komt de kwaliteit van leven alleen maar ten goede. Iets om vrolijk van te worden.
Juist spreken
Juist spreken heeft als uitgangspunt dat het geen pijn toevoegt aan een situatie. Voor we gaan spreken kunnen we ons afvragen of dat wat we van plan zijn te gaan zeggen, bijdraagt aan harmonie en eenheid. Vriendelijkheid en mildheid kunnen we voor ogen houden als we gaan spreken. We moeten ons wel realiseren dat juist spreken niet voor iedereen is weg gelegd. Een puber zal uitschreeuwen dat het de ouders haat, bijvoorbeeld. En als de pubertijd voorbij is, kijkt de volwassene terug op die uitspraak alsof die van een ander was. We kunnen ons wel afvragen wat de ander beweegt, als we onheus bejegend worden. Goed luisteren is een onderdeel van juist spreken.
Juist spreken al-met-al vraagt een enorm bewustzijn van onszelf, de ander en de situatie waarin we ons bevinden. Het zal niet altijd goed gaan. Daar zijn we mens voor. Gelukkig hebben we de lach nog. Die leert ons relativeren. Niet voor niets zette zenleraar Bernie Glassman een clownsneus op, als de gesprekken al te serieus werden.
Geef een reactie