Wie verstaat dat wat verstaat?
Wie verstaat de taal van dharmakaya?
Dharmakaya is het mystieke lichaam van het voorwaardelijk ontstaan. Het mystieke lichaam waarin ook Boeddha, Dharma en Sangha opkomen, ondergaan, en opkomen en ondergaan.
Wie verstaat de taal van de skandha’s?
Wij moeten hertalen, durven hertalen. Skandha’s zijn in de taal van onze tijd die energieën waaruit het mens-zijn bestaat. De mens bestaat, maar verstaat deze dat wat verstaat? Ja, dat wat verstaat.
Woorden ervoor vind je wel in boeddhisme, maar hoe hertaal je deze?
Hoe begrijpelijk-menselijk maar hoe futiel ook is het grijpen naar de Boeddha van toen. Hoe ongelooflijk futiel. De ware, de ware vind je alleen hier, in dharmakaya.
Hoe begrijpelijk-menselijk maar hoe futiel ook is het grijpen naar de vorm, naar het zitten-zitten-zitten, terwijl dat wat verstaat, dat wat verstaat wat verstaat, er altijd is.
Boeddha, wij in boeddha, overal en nergens. Overal en nergens dharmakaya. Amida is dharmakaya.
Namu. Namu. Namu etcetera.
—
Loslaten is ook kwaliteit van leven loslaten.
Energie doet leven. Maar energie blust ook uit.
Kwaliteit van leven willen vasthouden is zo begrijpelijk, zo begrijpelijk-menselijk.
Kwetsbaar voelt zo kwetsbaar en maakt willen vasthouden begrijpelijk-menselijk.
Willen vasthouden is een energie, een skandha-energie.
Dharmakaya is uitblussen en grijpen, een eindeloos spel van uitblussen en weer grijpen.
Het leven is leren uitblussen. Uitblussen mag. Het is goed zo.
Dag, lief dharmakaya. Hier klare skandha. De adem stokt. En ademt door.
Wie verstaat de taal van het mystieke lichaam van het voorwaardelijk ontstaan?
Namu Amida Butsu,
Taigu