Als je gehecht bent aan het leven, dan ben je geen beoefenaar van de dharma. Als je gehecht bent aan het domein van samsara, dan is er geen sprake van wereldverzaking.
Dit is een citaat dat de Tibetaanse boeddhistische leraar Sachen Kungpa Nyingpo in de twaalfde eeuw zou hebben opgetekend uit de mond van niemand minder dan de bodhisattva Manjushri zelf.
Ik kom het tegen in een opmerkelijk artikel van lama Jampe Thaye, een Britse meditatiedocent.* Opmerkelijk, omdat de lama het citaat erg letterlijk opvat. Of je neemt afstand van de wereld, maar dan ook compleet; of je leeft in de wereld, maar dan is er geen sprake van beoefening van de dharma.
Tja, zo ongezouten kom je ze niet iedere dag tegen. Jampe Thaye heeft een eenvoudige verklaring voor het volgens hem relatief grote aantal verlaters van het boeddhisme. Als mensen erachter komen hoeveel de dharma werkelijk van hen vraagt, dan raken ze gedesillusioneerd en keren ze het boeddhisme de rug toe.
Heeft de lama een punt? Soms doorkruist deze gedachte wel eens mijn immer twijfelende gemoed. Is het Achtvoudig Pad dat de Boeddha onderwees niet een leerregel voor monniken? Ik weet het, in de Pali Canon komen er ook boeddhistische leken voor, maar uit de sutrateksten en de historische reconstructie zou je ook kunnen opmaken dat voor hen de ware bevrijding niet binnen het bereik lag.
Radicaliteit
Ik denk aan de woorden van Carl Gustav Jung in zijn voorwoord bij de introductie tot het zenboeddhisme door Daisetz Suzuki, eind jaren dertig van de vorige eeuw. De geestelijke oefeningen die zen van je vereist, zei Jung onomwonden, zijn niets voor de westerse mens. Het leven in onze wereld heeft noodzakelijkerwijze een ankerpunt in een sterke ego-functie. Anders kom je hier niet mee. Dat vloekt met de moeite die monniken zich met veel, zeer veel zelfverloochening getroosten in Japanse zenkloosters.
Het zenboeddhisme dat wij kennen is een adaptatie waarin deze radicaliteit een andere invulling krijgt. Je kunt tegen de bovengenoemde lama wel inbrengen: samsara is nirvana, maar een goede kans dat hij ja knikt en deze wijsheid ten volle omarmt. De lama kan zeggen dat samsara pas werkelijk nirvana is wanneer je de samsara volledig loslaat en even lichtvoetig door het leven gaat als de rondzwervende negentiende eeuwse zenmonnik en dichter Ryokan.
Bij ons is ‘samsara is nirvana’ de uitdrukking van hoop dat onze adaptatie van het mahayanaboeddhisme voor ons zal ‘werken’. Maar is dit hoe het in de oorspronkelijke context van het Aziatische boeddhisme is bedoeld?
In een artikel dat ik vorige week noemde over het Birmese theravadaboeddhisme, wijst de auteur daarvan erop dat de meeste boeddhisten in de geschiedenis zich tevreden hebben gesteld met een leven volgens de boeddhistische morele waarden. Bevrijding, ‘verlichting’, werd overgelaten aan specialisten, aan monniken die zich met meditatieve oefeningen opmaakten voor het leraarschap. Gewone mensen lieten meditatie in overgrote meerderheid aan zich voorbijgaan.
Wedergeboorte
Ook in het mahayanaboeddhisme is niet gezegd dat bevrijding in dit leven komt. Ik verwijs graag naar het artikel dat ik onlangs schreef over wedergeboorte. Mahayana stelt de weg van de bodhisattva centraal. De weg van de bodhisattva naar de uiteindelijke bevrijding is een lange route. ‘Hoe eindeloos de weg naar bevrijding ook is, ik beloof deze tot het einde te gaan,’ is een van de traditionele geloftes die de aspirant-bodhisattva aflegt, ook nu nog. Wie zegt dat het eindpunt van de weg in dit leven is gelegen?
Met dit besef moet je je als boeddhist verzoenen, al is dit niet altijd makkelijk in onze cultuur, waarbinnen de verwachtingshorizon zich veelal tot dit leven beperkt. Maar zijn ‘getrapte’ ervaringswereld beneemt het boeddhisme ook de hijgerigheid waarmee het bij ons maar al te vaak verstrikt is geraakt, ook als het om boeddhisten zelf gaat. Genpo Roshi en Rients Ritskes opereren in deze gevarenzone, maar zij zijn alleen maar het topje van de ijsberg.
Het boeddhisme maakt zich kwetsbaar voor vermenging met gelukstherapie door zijn ‘theoretische’ fundamenten niet duidelijk te articuleren. Hier stuit je mede op een gevestigd belang van mindfulnesstrainers en anderen die om commerciële redenen een loopje nemen met de principes die ze aan het boeddhisme ontlenen.
Kwakzalverij
Zouden zoveel mensen blijven mediteren wanneer ze de strekking van het getrapte boeddhistische perspectief tot zich lieten doordringen? Ja, op piekmomenten kun je door meditatie tot belangrijke inzichten komen die je in het dagelijks leven tot hulp strekken. En ja, zitten is een probate oefening om je af te leren enige verwachting te koesteren; dit is het, en niet anders.
Mogelijk dat dat het leven ‘verlicht’, maar op zichzelf, zonder bijkomende boeddhistische waarden en veronderstellingen tot gelding te brengen, brengt mediteren als zodanig je niet heel ver in termen van heil en verlossing. Het is een groot manco dat boeddhisten dit misverstand zo vaak onbenoemd laten. Boeddhistische kwakzalverij dreigt.
Want waarvoor precies werkt bijvoorbeeld ‘mindfulness based stress reduction’ wel en waarvoor niet? Dat is ook een vraag die de medische wetenschap zich stelt. In een wereld vol eigentijds boeddhistisch bijgeloof dringt mindfulness steeds meer de wereld van de psychotherapie binnen. Er zijn hier zeker voordelen te behalen, zoals bij verwerking van chronische ziekte (ik spreek uit ervaring). Maar als een alternatief voor professionele therapie kan goedkoop duurkoop worden wanneer onbevoegden met mindfulness gaan zitten fröbelen op een terrein waar meer vakbekwaamheid is vereist.
Bedelnap
Ben ik het dan eens met lama Jampe Thaye? Nee, uiteindelijk toch niet. De zwart-wit visie die hij lijkt te huldigen, miskent wat je in dit leven, binnen de dimensie van de samsara, wel degelijk kunt doen in het getrapte model. Tussen de twee uitersten van het of-of van de lama loopt in mijn voorstelling de weg van de bodhisattva als een pad waarop kleine stapjes vooruit (en achteruit) mogelijk zijn.
Zelf begin ik me te verzoenen met dit uitzicht. Geen nirvana in dit leven. Geen uitdoving van karma. Wedergeboorte in de massa van het universum, een geruststellende en uitdagende gedachte. De uitleg die door sommigen wordt gegeven aan ‘samsara is nirvana’ begin ik met een gezonde portie achterdocht te beschouwen. Ja, ik ken de perspectiefwisseling; ja, ik ken de bevrijding die je kunt voelen wanneer je de realiteit zo waarneemt. Het stimuleert mijn dichterlijke fantasie soms zelfs.
Maar echt de hele boel de hele boel laten? Thuisloos zwerven, met als enig bezit een habijt, sandalen en een bedelnap? Zou dat niet een voorwaarde zijn waaronder je inzichtservaringen een punt kunnen bereiken waar ‘samsara is nirvana’ eerst zijn ware potentieel onthult? Wij moeten ons de ultieme dimensie van het boeddhisme niet te makkelijk toerekenen. We moeten de ultieme dimensie ook niet tot een onhaalbare zaak verklaren. De waarheid ligt in het midden, daar waar er uiteindelijk niets te bereiken is, al is dat weer een waarheid die enig inzicht vergt.
–
* Lama Jampe Thaye, ‘Parting from the Four Attachments. Clarifying our Motivations for Practice’, in Tricycle (Spring 2014), klik hier voor de online versie
Ujukarin zegt
Veel te zwartwit inderdaad! Ik zou de lama’s, roshis en Theras/Theros niet de kost willen geven die officieel de wereld verzaakt hebben maar in hoge mate gehecht zijn aan zaken die gewoon samsara, al dan niet in vermomming, zijn. Van zeer materieele zaken zoals de eigen kamer in het klooster of specifiek eten tot aan samsara-in-vermomming zaken toe als hun status binnen de sangha. Onthechten is zeker niet direkt koppelbaar aan levensstijl c.q. maatschappelijke positie, al zijn sommige levensstijlen wel iets makkelijker ervoor dan andere.
With folded palms,
Kees Moerbeek zegt
‘De waarheid ligt in het midden, daar waar er uiteindelijk niets te bereiken is, al is dat weer een waarheid die enig inzicht vergt.’
Gooi maar in mijn pet, terwijl ik toch taal-&letterkundige en letterkundige ben en een fan van Baudelaire, Rimbaud, Mallarme, Villiers de l’Isle Adam, Barbey d’Aurrevilly, Huysmans etc…. Maar zij schreven wereldliteratuur, zoals die niet meer gemaakt wordt. Zij als literatoren meenden (bescheiden als ze waren) een lijntje naar de Hogere Macht te hebben en Ingewijden te zijn. De burgermannetjes en dito vrouwtjes in de negentiende eeuw hadden dat niet, die waren materialistisch e.d.
Overigens, hun literaire opvatting is al heeeeeel oud, omdat de ouwe Griekse en Latijnse literatoren dat ook al debiteerden. Na die beroemde Franse schrijvers zijn er nog vele, vele (net zo bescheiden) dwaalgasten geweest die hetzelfde beweerden. Onder hen schrijvers, kunstenaars en spirituele leiders van een bepaald allooi. Het kan weinig kwaad, maar als politici beweren een lijntje met Boven, het Volk, de Geschiedenis of andere bovennatuurlijke entiteiten te hebben, dan wordt het levensgevaarlijk. Dus laat u geen knollen voor citroenen verkopen en denk vooral zelf na. Anders krijgt u met de Boeddha aan de stok :-)
Maar dit is allemaal een zijstapje uit de wondere wereld van de literatuurwetenschap en (kunst)geschiedenis.
Er is geen waarheid (zelfs niet met kleine ‘w’), er is geen midden en er is geen inzicht. Dat zou na 2.500 boeddhisme toch zo onderhand wel beklijfd moeten zijn, door o.a. (inzichts)meditatie.
Maar ach, allemaal bespiegelingen, die opwellen uit mijn borst en de krochten van mijn geest. Dus, wat u zegt: “Weg ermee. Een half uurtje zitten en al die gekkigheid is weer over.” :-)
http://www.youtube.com/watch?v=GLVc1PLcD_o