Het hedendaagse boeddhisme in ons land wordt aan de Nederlandse universiteiten niet of nauwelijks bestudeerd. Wij weten niet hoeveel boeddhisten er zijn, we weten niet eens wie als boeddhist moet worden bestempeld. Wat betekent boeddhisme voor hen? Wat is hun plaats in de Nederlandse samenleving? Trouwens, hoe ontwikkelde het boeddhisme in de Lage landen zich eigenlijk? De Dalai Lama speculeerde over de mogelijkheid van een ‘tulpenboeddhisme’. Zullen er Nederlandse varianten van het boeddhisme ontstaan en hoe zullen zij eruitzien?
Allemaal vragen die dr. Henk Blezer, onderzoeker en docent boeddhisme aan de Universiteit Leiden, opsomt in het artikel ‘Buddhism in the Netherlands’, verschenen in 2600 Years of Sambuddhatva. Global Journey of Awakening, een overzicht van de stand van het boeddhisme in meer dan veertig landen over de hele wereld.
Op de vragen van Blezer is wel een begin van antwoord gegeven. Hij verwijst zelf naar Lotus in de Lage Landen door Poortvliet en Salemink (2009), dat vooral over de periode 1840-1940 gaat, maar de jaren daarna summier beschrijft. Ook zijn er historische overzichten in Boeddhisme in Nederland (1992) van Van Gemert. En er zijn cijfers over aantallen boeddhisten in rapporten voor de Boeddhistische Omroep. Maar er ligt nog een groot veld van onderzoek braak.
Zaailingen
Door de verspreiding van het boeddhisme buiten Azië spreken onderzoekers nu over traditionele en moderne boeddhisten, postmoderne en seculiere boeddhisten. Er zijn zelfs geseculariseerde niet-boeddhistische zaailingen opgekomen, signaleert Blezer. Hij noemt Chögyam Trungpa’s Shambhala-training en de ‘mindfulness-based stress reduction’ van Jon Kabat-Zinn. Sommigen zien een westers of Nederlands ‘navayana’ ontstaan, een ‘nieuw voertuig’, naast hina-, maha- en vajrayana.
Daar wringt veel. Traditioneel en westers boeddhisme verschillen in benadering van westerse onderwerpen als ecologie, sociaal (politiek) activisme, emancipatie, psychologisering van boeddhistische opvattingen en secularisering (‘boeddhisme zonder geloof’). Soms, zegt hij, wordt zelfs de mogelijkheid van Verlichting helemaal losgelaten en ontstaan therapeutische en commerciële vormen van boeddhisme, in de stijl van ‘Zen en de kunst van management’ .
In het ‘global buddhism’ ligt de nadruk op de meditatieve ervaring. Het gevolg is dat de bestudering van het boeddhisme zich vooral richt op religieuze aspecten, psychologie en filosofie. Blezer bepleit een andere aanpak.
Het ´Nieuwe Nederlandse Boeddhisme´ kan naar zijn mening vruchtbaarder worden benaderd als een fenomeen dat in veel opzichten vergelijkbaar is met de new-agebeweging, de religieuze tegencultuur van de jaren zeventig van de vorige eeuw. Nieuwe boeddhisten hebben vaak dezelfde ideologische voorkeuren als die subcultuur: pacifisme, emancipatie, politiek links, ‘groen’. Zij sluiten aan bij de commerciële populaire cultuur door het gebruik van de massamedia.
Bij de bestudering van boeddhisme buiten Azië ligt de aandacht vooral op de oorspronkelijke teksten en leringen. In de visie van Blezer moet het accent worden verlegd naar de culturele, sociologische en economische aspecten van het zich ontwikkelende boeddhisme in de hedendaagse wereld, in het bijzonder in Nederland.
Pleidooi voor serieus onderzoek
Tegen de achtergrond van de situatie in andere westerse landen komt het pleidooi van Blezer zeker niet vroeg. Elders is onderzoek naar het boeddhisme in eigen land al uitgegroeid tot een erkend academisch specialisme. Het Journal of Global Buddhism, dat hier geregeld over bericht, is begonnen in 2000. Nummer 1 opende met een bespreking van drie toen recente boeken over ‘Buddhism in America’, waarvan twee door de grondlegger van het genre, Charles S. Prebish. De Europese pionier in deze sector, Martin Baumann, nu hoogleraar religie aan de universiteit van Luzern in Zwitserland, begon zijn carrière met een doorwrocht proefschrift Deutsche Buddhisten. Geschichte und Gemeinschaften in 1993.
Het wordt tijd dat Nederland aanhaakt.
Bronnen
Blezer, H. ‘Buddhism in the Netherlands. A Brief Resume and a Call for Further Research’, in: O. Abenayake and A.Tilakaratne (eds.), 2600 Years of Sambuddhatva. Global Journey of Awakening. Publ. Ministry of Buddhasasana and Religious Affairs, Government of Sri Lanka, 2554-2555/2011-2012, pp. 423-441.
2600-years-of-sambuddhatva-global-journey-of-awakening-dietse
Poorthuis, M. en Th. Salemink. Lotus in de Lage Landen. De geschiedenis van het Boeddhisme in Nederland. Beeldvorming van 1840 tot heden. Almere: Parthenon, 2009.
Gemert, V.J. van, (red.). Boeddhisme in Nederland. Met bijdragen van I. den Boer, T. Kurpershoek-Scherft, N. Tydeman, H.F. de Wit. Nijmegen: Zen-uitgeverij Theresiahoeve, 1990; Supplement 1992.
Tekst: Jacques den Boer Foto’s Joop Hoek.
www.globalbuddhism.org
Tom zegt
“Het wordt tijd dat Nederland aanhaakt”……
Net als bij dieren gebeurt, verlies je bij verbasteringen allerlei specifieke raskenmerken. De oorspronkelijkheid verdwijnt. Als naast al bestaande oosterse stromingen, ook nog eens allerlei westerse verbasteringen van het boeddhisme ontstaan lijkt het mij onvermijdelijk dat bepaalde specifieke kenmerken, mogelijk zelfs de oorspronkelijkheid verloren gaat. Eén van de voorbeelden daarvan is tot in den treure in het BD behandeld. Desondanks lijkt het geen probleem dat kennelijk elke willekeurige ziel die zich goed op de materie heeft ingewerkt, er zijn of haar eigen draai aan kan geven en “een nieuwe stroming” ontwikkelt. Ja hoor, ik zie het helemaal voor me: De Dalai Lama op klompen met een mijter en een staf en we hebben “Nieuw Nederlands Boeddhisme” Hoe komt het toch dat mensen de ononderdrukbare neiging hebben iets naar hun eigen zin te willen veranderen? Accepteer het zoals het op je pad komt of laat het met rust. Iets naar “westerse maatstaven” willen veranderen heeft voor mij iets van een zeer intolerante houding ten opzichte van iets wat je hebt gevonden. Net zo intolerant als ik ben ten opzichte van die veranderdrang……
Henk Molenaar zegt
‘Het’ boeddhisme past zich traditioneel aan, daar ontleend zij haar vitaliteit en actualiteit ook aan. Zo ging het boeddhisme met Bodhidharma uit India naar China waar het zich mengde met het Daoisme en het Confucianisme, zodoende ontstond ‘Chan’, ook wel bekend als Zen. In Tibet kwam Padmasambhava, ook uit India, die daar het boeddhisme mengde met de authentieke BON-traditie aldaar waaruit het Vajrayana ontstond. De verwachting is dat ‘het’ boeddhisme in het westen zich niet zo snel met het Christendom zal gaan mengen, dan wel met psychologie. En dat kan een bijzonder krachtig en effectief voertuig worden. De starheid en dogmatisme van hang naar het oude zal nooit lang stand kunnen houden, gelukkig maar dat vanuit het boeddhisme alles vergankelijk is (leve de verandering) en dat de training zich o.a. richt op een flexibele geest. Viva Navayana!
Tom zegt
“De starheid en dogmatisme van hang naar het oude” is totaal iets anders dan “het willen bewaren van de oorspronkelijkheid”. Zo heeft de zaak Ritskes het boeddhisme, zoals het bedoeld is, bepaald geen goed gedaan.
Of niemand heeft de wijsheid in pacht of we hebben het allemaal….
Ujukarin zegt
Laat ik aan jullie individuele inzichten over. Er zijn nadrukkelijk ‘Westers ingestelde’ of in ieder geval zich Navayana noemende scholen zoals Thich Nhat Hanh’s geëngageerde variant, de boeddhistische zijde van de Shambhala-beweging, Insight Meditation Institute (Vipassana), het Ambedkar-Navayana in India en last but not least mijn eigen Triratna-klupje die precies proberen te doen, met vallen en opstaan, wat Blezer verwacht. En zolang die wereldwijd geaccepteerd worden als authentieke boeddhistische scholen dan is het zo slecht nog niet gesteld met het bewaren van de oorspronkelijkheid toch?
With folded palms,
Joop Romeijn zegt
Onderzoek in Nederland naar het boeddhisme? Van de drie hoogleraren boeddhologie (of iets andere term) heeft Jonathan Silk geen interesse in wat er in dit land gebeurt, is Andre van der Braak met filosofie, met China en (een beetje) met de opleiding geestelijk verzorger bezig en is Paul van der Velde alles (en prettig leesbaar) behalve sociaal wetenschapper.
Een paar thema’s die mogelijk, als iemand het wil gaan doen (een promovendus bv), bruikbaar zijn:
1. Gaat het ‘Toekomstig Nederlands Boeddhisme’ (TKB) richting
* divergentie (steeds grote variatie, steeds minder gemeenschappelijkheid) of juist richting
* convergentie (één vorm, met eigen kenmerken) ?
Ik weet het niet, voor de zekerheid schrijf ik verder maar ‘boeddhismen‘ als meervoudsvorm
2. Gaan de TKB verder richting feminisering,
of gaan we terug naar meer masculiene vormen,
of blijft de huidige mengvorm bestaan ?
3. Komt er een eigen Nederlands TKB of is wat hier ontstaat hetzelfde als bv in de VS maar dan een paar jaar later?
4. Verbinden (vormen van) het TKB zich verder aan de seculariteit en/of aan de wereldlijke (kapitalistische, consumentistische) werkelijkheid?
Of worden de TKB juist religieuzer dan nu overwegend het geval is: meer rituelen, meer ‘grote’ levensvragen ?
5. Groeien de allochtone boeddhismen en de autochtone boeddhismen verder uit elkaar of groeien ze naar elkaar toe?
6. Blijven de (autochtone) boeddhismen overwegend een eliteverschijnsel (welvarend, goed opgeleid, overwegend middelbare leeftijd) of gaat er verbreding optreden?
Nog twee opmerkingen over de tekst:
‘Hinayana’ is een scheldwoord, dat moet niet gebruikt worden. (En Vipassana noemt zichzelf beslist geen ‘Navayana’).
Het ´Nieuwe Nederlandse Boeddhisme´ (van nu) vergelijken met iets als de new-agebeweging uit de zeventiger jaren lijkt me zeer onbruikbaar, om teveel redenen om op te noemen. Eén voorbeeld slechts: volgens mij zijn de meeste hedendaagse boeddhisten helemaal niet ‘politiek links’, ze zijn hooguit apolitiek.
Tom zegt
Zo is het Joop! Geen speld tussen te krijgen ;-)
Hans Kamphof zegt
Ik ben bang Joop dat er géén verbreding (punt 6)zal optreden maar dat in Nederland “het” boeddhisme iets blijft voor hoog opgeleiden. Het is dan volgens mij niets voor niets dat het Zuiver Land boeddhisme niet of nauwelijks voet aan de grond krijgt hier in Nederland.
Een groet met
Vrede en alle Goeds van
Hans Kamphof
Henk Molenaar zegt
Het zal denk ik zeker nog minstens 200 jaar duren alvorens e.e.a. een beetje is uitgekristalieerd. ‘Het’ boeddhisme is hier nog piep jong, als een baby en heeft daarom ook de ruimte nodig om te experimenteren en fouten te maken.
Katinka Hesselink zegt
Het Boeddhisme in het Westen is zeker te vergelijken met de nieuwe religieuze bewegingen die onder de term ‘new age’ beschreven worden. Niet in de zin dat Boeddhisme ‘new age’ is. Tenslotte is niets new age. Geen enkele stroming is blij met dat label.
Wel in de zin dat er bijvoorbeeld:
1) veel overlap is tussen mensen die yoga doen en die met Boeddhisme bezig zijn.
2) Populaire Boeddhistische boeken van de Dalai Lama, Thich Nhat Hanh en Sogyal Rinpoche ruim in kringen van alternatieve spiritualiteit gelezen worden.
3)de meerderheid van de Nederlandse Boeddhisten een achtergrond heeft in de alternatieve spiritualiteit.
Aangezien die drie stellingen van mij alle drie toetsbaar zijn, zou er heel makkelijk statistiek op los gelaten kunnen worden en een basis kunnen vormen voor verder wetenschappelijk onderzoek.
Overigens Joop: geen enkele godsdienstwetenschapper kan in de toekomst kijken. Vragen over de toekomst hebben dus weinig zin.
Wel zouden onderzoekers in kaart kunnen brengen hoe de verhouding man/vrouw bij de deelnemers is, vergeleken met de leraren/leidinggevenden. En dan kom je er, denk ik, nog steeds op uit dat mannen meer de leiding hebben dan je op grond van de algemene demografie zou verwachten.
Anne zegt
Een artikel over gebrek aan studie en kennis van het Nederlands boeddhisme voorzien van meningen die als feitelijke waarheid geplaatst worden. Benieuwd wat er gebeurt als er wel onderzoek gedaan wordt en de uitkomsten komen niet overeen met de gewenste persoonlijke waarheden.
Tom zegt
Dan passen we die persoonlijke waarheden aan en rechtvaardigen dat onder het mom van “voortschrijdend inzicht” ;-)
Zoals ik al zei: Of niemand heeft de waarheid in pacht of we hebben het allemaal. Iedereen heeft zijn/haar eigen perceptie van een en dezelfde situatie. Dus ja…… wie heeft het bij het juiste eind? Niemand of iedereen?