Heel vroeger had je in elke straat wel een heerlijk bijzonder mens die qua geestgesteldheid ‘anders’ was en je aan het denken zette. In mijn jeugd was dat Gekke Henkie, zoals hij genoemd werd. Er reden toen nog draaiorgels door wijken en straten, de orgelman, die daarmee de kost verdiende. Als zo’n draaiorgel bij ons in de straat kwam kwam Henk naar buiten en danste en danste en danste. Het was een feest om dat mee te maken.
Als het draaiorgel uit het gehoor verdween ging Henk weer de ouderlijke woning in en werd de straat weer een gewone straat.
Draaiorgels op straat zijn (bijna) verleden tijd en gedanst wordt er, behalve met carnaval, op straat niet meer.
De Henkies van tegenwoordig wonen in een groot Wit Huis en hebben geen draaiorgel nodig om zich te manifesteren. Ze zijn anders dan mijn Henkie een gevaar voor mensen en de mensheid, de democratie, samenlevingen. En worden niet overstemd door een vrolijk draaiorgel.
Moge iedereen gelukkig zijn, met name jij.
Vrede en alle goeds, zeggen de Franciscanen.
Moedig voorwaarts.
Geef een reactie