Authentiek zijn is nu een kernwaarde. ‘Doen alsof’ klinkt daarom uitgesproken negatief. En toch vullen we ons leven ongemerkt met heel veel ‘alsofs’.
We zien een toneelstuk, musical of film en gaan op in de werkelijkheid die gepresenteerd wordt. We spelen het spel mee dat dit echte werkelijkheid is, en kunnen er tot tranen toe door geroerd worden of een feel-good-gevoel aan overhouden, alsof het allemaal onszelf overkomt.
Periodiek gaan we naar de stembus. In de democratie telt elke stem. We doen alsof we meebepalen hoe de samenleving georganiseerd wordt. In feite machtigen we één persoon om tot de volgende verkiezingen als onze woordvoerder op te treden. We vertrouwen dat onze volksvertegenwoordiger standpunten inneemt die de onze zijn. Zonder tegenbericht doen we alsof dat ook zo is.
Velen van ons wonen in een huis waar een hypotheek op zit. Toch gedragen we ons als wettige eigenaar, alsof de bank niet indirect een deel van het huis bezit, als onderpand voor de lening.
Wetenschap heet de beste kennis te leveren. Veel wetenschappelijke kennis stoelt echter op onbewezen vooronderstellingen. Die dienen als uitgangspunt, en de sport is te kijken hoe ver je ermee kunt komen zonder dat ze onderuit worden gehaald. Dat kan behoorlijk lang duren. Men doet al die tijd alsof de onbewezen uitgangspunten waar zijn. En de resultaten dus ook.
We communiceren met taal. Daarbij gebruiken we woorden met een voor ons duidelijke betekenis. We doen alsof onze gesprekspartner aan die woorden dezelfde betekenis geeft – tot het moment dat we merken helemaal verkeerd begrepen te zijn. (En nu maar hopen dat u, lezer, onder ‘doen alsof’ hetzelfde verstaat als ik.)
Kortom: we moeten onszelf wel consequent voor de gek houden, want anders loopt de ‘normale’ gang van zaken gevaar. We hebben het ‘doen alsof’ nodig voor de continuïteit. Om dat te bereiken negeren we dat we doen alsof.
Klemmende slotvragen ter overdenking: hoe zit het dan met onze – al dan niet religieuze – levensbeschouwing? Van welke onbewezen vooronderstellingen gaan we uit? Houden we onszelf ook daarin voor de gek? Of moeten we wel, en doen we er verstandig aan dat vol te houden, net als in die andere voorbeelden?
Taigu zegt
Wie is het die wij voor de gek kunnen houden?
bart zegt
Heel herkenbaar, Boeddha predikte dit al, “Alles is Illusie” ‘By the way’ hij heeft ook een leer ontwikkelt die als een naald deze illusie door prikt
nic_schrijver zegt
Iedere dag ga ik met de onbewezen vooronderstelling naar de supermarkt dat daar iets te eten en te drinken te halen is.
Tot nu toe nooit niet bewezen, gelukkig !
Het is zo. Ik leef met onbewezen vooronderstellingen. Werkt prima !
Frans-Jozef zegt
Mooi om in dit perspectief de teksten te lezen van Toon Hermans in het volgende artikel. Dank je voor het delen daarvan, redactie.
Klaas zegt
Die van Nic vind ik wel een goeie: als iedereen veronderstelt dat er in die supermarkt niets te halen is, dan is dat ook binnen de kortste keren zo. Ofwel: we creëren onze eigen werkelijkheid door te doen alsof. En waarheid moet waargemaakt worden.