Wel of niet van een balkon springen. Zo’n ongewilde gedachte kan zomaar opkomen. Is dat raar? Negentien onderzoekers uit dertien landen deden onderzoek naar de gedachten van 777 mensen. De proefpersonen kregen gedetailleerde vragen voorgelegd zodat gemeten kon worden in hoeverre zij last hadden van vervelende, zich opdringende gedachten over bijvoorbeeld het gevoel besmet te zijn geraakt met viezigheid, over hun huis dat in brand staat of de plotse drang om iemand kwaad te doen. Het bleek dat 94.3% van de proefpersonen deze gedachten hadden.
Normaal gesproken worden dit soort gedachten gelinkt aan OCS, een obsessieve-compulsieve stoornis: dwang- en angstgedachten houden een persoon in de greep. Maar dit soort ongewilde gedachten blijken nu wijdverspreid. Hoofdonderzoeker professor Adam Radomsky verbonden aan de Concordia Universiteit in Canada, legt uit dat de manier waarop met de gedachten wordt omgegaan bepaalt of één en ander wel of niet tot OCS leidt of daar op wijst. “Mensen kunnen bijvoorbeeld een ongewilde gedachte hebben over van het balkon springen of van een treinperron, maar denken daarna ‘dat is een rare gedachte!’ terwijl mensen met OCS eraan gaan twijfelen of ze wellicht suïcidaal zijn. Mensen met OCS hebben dit soort gedachten vaker en schrikken er meer van.”
De resultaten van dit onderzoek werden in oktober 2013 online gezet in het vakblad the Journal of Obsessive-Compulsive and Related Disorders.
Bron: Live Science