De essentie van dit leven kunnen we niet in woorden vatten. Muziek, dans en beeldende kunst staan nog het dichtst bij het onzegbare. De schilder Kandinsky zocht zijn hele leven naar de primaire kleuren en de meest elementaire vormen die een spirituele beleving konden oproepen. Een overzichtstentoonstelling van de werken van Kandinsky was één van mijn eerste ervaringen met de helderheid van bijna-leegte. Terwijl die leegte tegelijkertijd vol rijkdom en schoonheid zat.
Kwan Yin, de Chinese godin van heling en mededogen, wordt ook in het boeddhisme vereerd. De mooiste beelden in onze winkels en tuincentra zijn die van een elegante vrouw die er zeer sereen en zelfbewust uitziet. Net het mij een raadsel was hoe Kandinsky leegte en vorm verzoende, is het een raadsel hoe het beeld van een elegante vrouw als Kwan Yin toch mededogen oproept. Maar voor miljoenen Aziaten zien haar vanzelfsprekend als een brug naar de ruimere dimensie van onvoorwaardelijke liefde.
De componist Arvo Pärt maakt muziek die opgebouwd is rond stilte. Een noot weerklinkt en dan is er leegte. In die leegte hoor je de subtiele bovenklanken van hoe die ene noot nazindert. Pas als de noot is weggestorven, volgt een andere en in de spanning tussen beide ontvouwt zich een harmonie die even rijk is als een volledig orkest dat alles uit de kast haalt. Met een paar noten roept Pärt de diepten van het bestaan op.
Woorden moeten erg lang rijpen om essentie te vatten. Boeddha nam vaak zijn toevlucht tot metaforen. Bijvoorbeeld om uit te drukken dat onze agressie bedwingen een kunst is.
“Zij die de wateren opvangen, zijn er meester over.
De ambachtslui vormen de pijlen.
De timmerlui buigen het hout.
De goede mensen zijn meester over zichzelf.”
Ook gewone poëzie is vaak zen. De dichter die ik hierna citeer is dood en kan dus niet meer uitroepen: ‘Maar meneer, ik was een nihilist, geen boeddhist!’ Nochtans schreef hij dit:
‘Positief is zich overtuigen
van leegte
van leem en klei
van schuld en asse
het besef van volle leegte
het echoën
van ideaalfrasen’
En dit:
‘Nihil
weer vatten kernvorm
deze gewone woorden
gevangenisbrieven
gewone wondewoorden
eenvoudig stotteren van een mens naar liefde.’
Inderdaad, de kunst is het onzegbare intact te laten. We kunnen er enkel omheen cirkelen, onszelf leeg dansen, ons er naartoe stotteren.
Het is opvallend hoeveel mensen getroffen worden door de regels van het refrein van ‘Anthem’, een song van Leonard Cohen. Een zanger en boeddhist met Joodse wortels die hij in krachtige, Bijbelse beelden wist te vatten. Ik stel voor om ‘Anthem’ tot westers boeddhistische volkslied uit roepen:
‘Ring the bells that still can ring
Forget your perfect offering
There is a crack, a crack in everything
That’s how the light gets in.’