De Boeddha zette het Dhamma-Wiel in beweging met volgende woorden:
‘Alles wat onderhevig is aan ontstaan, is onderhevig aan vergaan.
De enige échte werkelijkheid is vergankelijkheid. Veranderlijkheid. Onbestendigheid. Anicca.
De Boeddha zegt: observeer het Proces van ontstaan en vergaan van alle dingen. Kijk ernaar. Zie dit proces van komen en gaan. Dit eeuwige proces waaraan alle fenomenen onderhevig zijn. Observeer deze permanente natuurwet van verandering. Van mutatie. Van transformatie. Maar waar finaal niets verloren gaat. Enkel wijzigt, permanent wijzigt.
Tot op het einde van zijn leven bleef de Boeddha deze wijsheid benadrukken. Steeds opnieuw, opdat zijn volgelingen het nooit zouden vergeten:
‘Alles wat onderhevig is aan ontstaan, is onderhevig aan vergaan.’
In deze tien woorden is ‘het zuivere en onbezoedelde weten van Dhamma’ samengevat.