Finaal zijn alle boeddhistische verlossingswegen terug te brengen tot kalmtemeditatie (P. samatha bhavana) en inzichtmeditatie (P. vipassana bhavana). Waarbij samatha bhavana de opstap vormt tot vipassana bhavana.
Kalmtemeditatie heeft, uit de aard van de dingen, een tijde-lijk karakter. Het is een gemoedstoestand van kalmte en rust (P. samatha), een geestestoestand die de geest stabiliseert door de voortdurende gedachtestroom stil te leggen. Door ’de aap uit de boom te plukken’. Het is echter een geestestoestand die verdwijnt wanneer de formele meditatiesessie ophoudt.
Dit is niet het geval bij inzichtmeditatie (P. vipassana bhavana). Hier gaat het over verworven inzicht (P. panna). Gerealiseerde wijsheid (P. pativedha).
In dit perspectief gezien vormt kalmtemeditatie geen eindpunt. Maar is het een voorbereidende, hoogst noodzakelijke stap tot inzicht. Tot stroombetreding.
Veralgemenend gezegd: vipassana bhavana = samatha bhavana + forensisch onderzoek van de tilakkhana in alle verschijnselen, in alle dhamma’s. Deze combinatie voert, bij voortdurende beoefening, tot inzicht in Dhamma = het inzicht in datgene wat wáár is. Yatha-bhuta. En wat wáár is, is wijsheid. Panna.
Thera Soma:
Inzicht is het begrijpen van de ware aard van de dingen waardoor een volledige transfiguratie van het mentale leven plaatsvindt in de ziener en waardoor hij uitstijgt boven geboorte en dood.
Het begrijpen van de ware aard van de dingen komt neer op inzicht in de vergankelijkheid, onbevredigdheid en zelfloosheid van alle geconditioneerde verschijnselen.’