Het is alweer een tijdje geleden dat Franco vanwege ouderdom zijn Italiaans restaurant in het Oude Noorden van de hand deed. Zijn beslissing sloeg in als een bom, soms leek het restaurant wel een bejaardenoord, zo trouw waren de klanten. Ik kwam er al vanaf 1972 met de toekomstige moeder van mijn kinderen, later de hond Quintus en ook de kinderen en daar weer de partners van enzovoort.
Niet alleen het Noorden was oud, ook het pand waarin Palermo gevestigd was. Op sommige plekken in de zaak kraakte de vloer vervaarlijk als je er overheen liep. Doch dat deerde niet, we kwamen voor het heerlijke eten van Franco en zijn aandacht voor de klanten die hij bij naam kende en begroette.
Mijn vriendin, de kleindochter van zeevisser Thijmen, die ook een Francofiel werd, en ik zijn sinds een paar maanden op zoek naar een tweede Franco, als die al bestaat. We zoeken kleine knijpjes uit in soms oude buurten en gevestigd in oude, krakende panden, waar de kok niet alleen lekker kookt en bakt maar ook gezellig en leuk is en zijn klanten kent. Om niet te verdrinken in het gemis.
Laatst waren we in een restaurant dat buiten die normen viel. Maar wel schitterend gelegen aan de Rotte. We gaan er nooit meer heen. De sfeer was er als in een afscheidsruimte van uitvaarder Monuta, de personeelsleden zeiden na elk gerecht ‘geniet er van’ en koffie werd koffietje genoemd. Er was geen contact. Een robot zou menselijker zijn geweest.
Hoewel de zaak vol zat heerste er een doodse sfeer. Niks geen hartelijkheid, gemoedelijkheid, de gasten zaten als peentjes aan tafel, alsof elk moment de lijkkist binnengedragen kon worden. De personeelsleden waren goed getraind maar wat het management vergeet is dat een restaurant drijven meer is dan goed koken. Dat kunnen we meestal thuis zelf wel. Belangstelling en vriendelijkheid, soms gewoon een praatje pot, die dingen zijn zo belangrijk.
Door onze organische zoektocht zijn we er inmiddels wel achter gekomen dat Franco onvervangbaar is. Ieder mens is uniek, hij ook. Hij hield van zijn klanten. En wij van hem. Er is nog meer dreiging aan het culinaire front. Over een paar maanden doet Dennis aan de Parkkade zijn zaak over aan een nieuwe eigenaar. Dennis is net als Franco, hij maakt de heerlijkste gerechten en heeft zijn klanten oprecht lief. Is belangstellend en empathisch. Een man om van te houden.
Zo blijkt, alles is vergankelijk.
Moedig voorwaarts!