De redactie van het Boeddhistisch Dagblad is geïnteresseerd in de ervaringen van mensen die het boeddhistisch pad volgen. De leer bestuderen en praktiseren. Al of niet op een kussen of in een sangha of in je eentje. Ben je zo’n iemand en wil je je ervaringen delen- hoe je het boeddhisme hebt ontdekt, wat het je opbracht en niet, je teleurstellingen en hoop, je verwachting, welke richting je volgt en waarom, of als je het boeddhisme weer hebt verlaten- stuur ons jouw ervaringen in een niet zo’n heel lange tekst toe om in de serie Boeddhistische doeners en denkers gepubliceerd te worden.
Boeddha en ik
‘Een innerlijke stem dirigeerde me naar boven, naar de boekenkast waar ergens tussen alle fictie, klassiekers, kunst- en studieboeken een kleine, onopvallende pocket stond met als titel ‘Boeddha en ik’. Een altijd sluimerende fascinatie voor het boeddhisme waarvan ik niet wist wat ik ermee aan moest, bracht me ertoe het ooit te kopen. Maar het boekje ging ongelezen de kast in, want urgentie tot lezen was er niet. Tot die dag waarop ik mijn hoofd open wilde splijten om ademruimte voor mijn geest te creëren, wat niet kan met als gevolg dat ik van ellende niet wist wat ik met mezelf aan moest. Ik was afgegleden het diepste donker van mijn ziel in en werd achterna gezeten door innerlijke demonen waar ik niets tegen kon beginnen. En daar was die innerlijke stem, vanuit het niets. Helder, kalm en zo vol zelfvertrouwen dat ik niet anders kon dan het op te volgen.
Wat er in ‘Boeddha en ik’ beschreven werd klonk als een feest der herkenning. En wat nog mooier was: er bleek een remedie. Meditatie. Ik kroop achter mijn laptop en zocht net zolang tot mijn gevoel zij dat ik de juiste methode gevonden had: Vipassana. Ik schreef me in voor een tiendaagse meditatiecursus in dhamma. Die kun je weliswaar in centra in Nederland of België volgen, hoewel ik besloot het in Azië – bij de bron – te ontdekken. Ik kocht een vliegticket naar Ho Chi Minh-stad en begon met een flinke dosis reserves aan dit avontuur. Reserves omdat ik uit een nuchter gezin kom en ‘zweverigheid’ niet tot de opties behoort. Dus hield ik mezelf voor dat zodra ik maar een spoortje van een sektarische bende aantrof, ik mijn hielen zou lichten. Het tegendeel werd bewezen.
Ik ondervond aan de praktijk dat wat mij daar werd geleerd en verteld, waarheid als een koe is. Van wat er in ons lichaam gebeurt zijn we ons zelden bewust, terwijl het doorwerkt in ons handelen en voelen. Hoe kunnen we bewust worden van wat er gebeurt op ons lichaam, maar ook in ons hoofd? Hoe worden we meester van ons eigen denken en voelen in plaats van als speelbal van onze eigen gedachten en emoties door het leven te gaan? Ik wist niet dat je zoveel mentale en fysieke pijn kon ervaren van stilzitten en focussen op je lichaam. En ik wist zeker niet dat deze ogenschijnlijk futiele handeling zoveel verandering teweeg kan brengen in je persoon en automatisch daardoor in je leven.
Na die eerste retraite merkte ik direct een groot verschil. Ik merkte rust in mijn hoofd en in mijn lijf. Ik zag dat je de wereld ook anders kon zien dan ik altijd had gedaan. Ik was me er voorheen niet van bewust dat dat kon. Ik volgde nog twee keer een tiendaagse en een keer een driedaagse. En iedere dag zit ik zelf zeker een uur. De ontwikkeling wordt steeds verder verdiept. Ik merk een diepere gelaagdheid in de wereld, meer grijstinten in plaats van zwart en wit. Ik zie acties een ketting aan reacties ontlokken bij mensen in mijn omgeving, en ik zie ze erop reageren en waaróm ze zo reageren. Ik zie mezelf ook reageren en zie vooral ook hoe ik kón reageren waar ik die neiging nu helemaal niet meer voel. En ik zie hoeveel het voor iedereen zou kunnen opleveren, terwijl ik weet dat niet iedereen erop zit te wachten. Dat vind ik jammer.
Hoeveel het ook opbrengt, ik merk ook de worsteling die het altijd met zich meebrengt. Om de zoveel tijd vertroebelt de focus en stuit ik op stagnatie in mijn ontwikkeling. Dat brengt frustratie teweeg. En dan is er ook de altijd aanwezige verleiding om mee te gaan in rondvliegende gedachten. Maar ik weet waarom ik hieraan begon en het heeft me nog nooit in de steek gelaten. Daarom weet ik dat ik de uitdaging aan blijf gaan. Een uitdaging die je leven lang blijft bestaan. Niet voor niks wordt de techniek een Art of Living genoemd.’