Ik vraag me wel eens af of die in spirituele kringen hardnekkige neiging om een niet-bestaand momentum ‘nu’ te noemen, iets te maken heeft met de menselijke behoefte aan ‘vastigheid.’ Een ‘nu’ om vast te grijpen, terwijl er niets is om vast te grijpen. Tijd is een beweging, dat betekent dat er geen enkel moment kan bestaan dat je kunt aanwijzen als een ‘nu’.
Laatst kreeg ik een vriendin op bezoek die een zware tijd achter de rug had. Voorafgaand aan het ‘nu’, zeg maar. Ze zag er beter uit dan een tijdje geleden, hoewel dat misschien betrekkelijk is als iemand die meestal een zakelijk, mantelpakje-achtige outfit had, plotseling behangen blijkt met zilveren kettingen, turkooizen en zijden draperieën. Ik heb nooit geweten wat ze voorafgaand aan haar existentiële crisis deed, iets met computers en financiële bedrijfsvoering, vrees ik.
Voorafgaand aan die zijden draperieën nam ze op zorgvuldig geplande en gedoseerde momenten weleens plaats op mijn bank, sloeg haar hooggehakte benen met een mengeling van elegantie en efficiency over elkaar en straalde ‘drukdrukdruk’ uit. Ze had weliswaar naar mijn welzijn geïnformeerd, maar terwijl ik haar verlangde koffieverversing aandroeg zat ze, de bril op het puntje van haar neus, razendsnel haar schermpje te beduimen. Géén moment om haar iets over mijn welzijn toe te vertrouwen, begreep ik. Het ding bliepte nerveus terug en ze verstrakte even.
‘Oh, shit, over een uur een briefing (wat dat ook maar wezen moge) bij het HGKT…’ Die afkortingen verzin ik zelf, want bij zo’n leven, aangestuurd door de agenda horen altijd veel afkortingen die ik nooit kan of ook maar wil onthouden. ‘Ik moet na dit kopje weg, want ik moet nog een RAGT-rapport lezen over die BGS-taskforce die niet voldoende taakgericht werkt,’ vervolgde ze. Ik voelde me hier volslagen nutteloos. Want ik leef veilig onder een steen, en daar zijn taskforces, taakgerichtheid en briefings streng verboden. Ze slurpte de nog hete koffie precies langzaam genoeg naar binnen om géén brandwonden te krijgen. Toen stond ze op en greep haar koffertje. Links en rechts een haastig kusgeluid naast mijn wangen. ‘Jammer, helaas geen tijd. Binnenkort praten we bij. Liefs aan Ella.
Ze tikte op haar stiletto’s snel richting deur.
‘Eh, doeg hè,’ mompelde ik ietwat bedremmeld. ‘Groeten aan eh…’ ‘Richard!’ riep ze in de deuropening. ‘Maar dat is allang weer over, dat was een vergissing. Ik ga gauw-gauw dat rapport lezen, een slimme meid is op haar toekomst voorbereid,’ lachte ze. Ik staarde vrijwel op hetzelfde moment naar de dichte deur, die in het ‘nu’ was dichtgeklapt. Drie maanden later belde ze op een onwaarschijnlijk uur van de nacht. Ik luisterde naar een rijkelijk met tranen besprenkeld verhaal over wat er niet meer ging, wat ze niet meer kon en vooral niet meer wilde. Burn-out, had haar psychiater gezegd, en die had ervoor gestudeerd. Bijna een jaar verstreek, waarin we haar nauwelijks nog zagen. Ze was onbereikbaar voor bellen en hield haar deur voor onze even bezorgde als vergeefse bezoeken gesloten. Twee keer kregen we een kaartje met een esoterisch aandoende afbeelding.
‘Ik wil weten wie ik ben,’ stond op de eerste. En op de tweede: ‘We bestaan niet!’ Ella en ik waren blij verrast toen ze, zacht tinkelend met haar zilveren sieraden, gehuld in een wolk van wierookachtige geur, onverwacht weer mijn huis betrad. ‘Liefst kruidenthee,’ bestelde ze desgevraagd. Haar stem klonk twee héle noten lager en had een bedachtzaam, fluwelen timbre gekregen. ‘Ik heb ontslag genomen en verkeer niet langer in die zakelijke hel. Voortaan leef ik in het ‘hier en nu.’
Nou heb ik altijd moeite gehad met die twee uitdrukkingen. Waar is ‘hier?’ Bij mij thuis op de bank? En als ze weggaat? Neemt ze ‘hier’ met zich mee? Is de grond waarop ze loopt dan ineens ‘hier’ geworden? Of bedoelt ze de wereld waarin we leven? Het sterrenstelsel waarin de aarde zich bevindt? Het heelal waarin de sterrenstelsels zich bevinden? Nog moeilijker vind ik ‘nu.’ Ik leef in het ‘nu,’ hoor je vaak. Maar terwijl je het bedenkt is het ‘nu’ al weer voorbij. Betekent dit dat ik dan dood ben, omdat ik niet in het ‘nu’ kan leven?
U hebt het natuurlijk allang begrepen, lieve lezer. Ik heb haar het adres van die psychiater gevraagd. Binnenkort ga ik er heen voor de eerste afspraak.
Binnenkort, niet ‘nu.’
Bert Aarts zegt
Zo leven is niet in het nu. Dat lijkt maar zo. Leven in het nu gaat over bewust zijn. Dat je niks hebt aan het verleden en de toekomst nog heel onzeker is. Wat je wel kunt beseffen is dat je HET NU onder controle hebt. Er zijn altijd keuzes. Die keuzes bepalen min of meer je toekomst. Je kunt bijvoorbeeld nu op staan en gaan fietsen naar een bestemming die je voor ogen hebt. Je kunt ook blijven zitten. Wat je ook kiest het heeft altijd gevolgen voor je toekomst.
kay zegt
Goed geobserveerd. Ook hieruit lijkt het erop dat de postmoderne mening dat alle waarden gelijk zijn vals is.
Henk van Kalken zegt
Maar Bert, hoe kun in het NU (terwijl ik het opschreef is het moment alweer voorbij) leven, en al helemaal met de bedoeling om het onder controle te hebben? Relax, nothing is under controll, las ik in een diepzinnig boek. Er is niets om te controleren, beter is (helder) aanwezig zijn in het moment. Er zijn nooit keuzes, hooguit selecties uit opgeslagen herinneringen. Fiets-beslissing is geen spontaan opborrelende keuze, maar gebaseerd op alle fietservaringen en informatie die je hebt. Verleden, heden, toekomst, de vrijheid van keuze is een illusie. Wat ik met je deel is de overweging dat alle beslissingen die je uit de in het brein opgeslagen informatie/ervaringen neemt gevolgen heeft.