De tempelvlag wapperde in de wind. Twee monniken begonnen erover te ruziën.
De ene monnik zei dat de vlag afhankelijk van al het andere bestaat, de andere zei dat de vlag een illusie is. Ze kwamen er niet uit en vroegen het aan de meester.
‘Denkt u net als ik dat de vlag afhankelijk bestaat?’ vroeg de ene monnik. ‘Niet als hij illusoir is’, zei de meester. ‘Waarom niet?’ ‘Omdat hij dan niet bestaat.’
‘Denkt u net als ik dat de vlag een illusie is?’ vroeg de andere monnik. ‘Niet als hij afhankelijk bestaat.’ ‘Waarom niet?’ ‘Omdat hij dan bestaat.’
‘Maar bestaat alles nou afhankelijk of is alles een illusie?’ vroeg de ene monnik. ‘Als alles afhankelijk bestaat, dan ook het afhankelijk bestaan.’ ‘Dus?’ ‘Bestaat het dan wel?’
‘En als alles een illusie is?’ vroeg de andere monnik. ‘Dan ook de illusie.’ ‘Dus?’ ‘Bestaat hij dan soms niet?’
‘Nou weet ik het helemaal niet meer’, zei de ene monnik. ‘Maakt niet uit.’ ‘Hoezo?’ ‘Misschien is dit gesprek ook maar een droom.’
‘Zullen we dat ooit weten?’ vroeg de andere monnik. ‘Zodra we wakker worden’, antwoordde de meester. ‘Daar zegt u me wat.’ ‘Tenzij dat ook maar een droom is.’
De monniken waren met stomheid geslagen. De tempelvlag wapperde in de wind.
Deze tekst maakt deel uit van de serie Niet om door te komen, de Poortloze Poort. Woord: Hans van Dam. Beeld: Lucienne van Dam. Alle teksten van deze serie. De Poortloze Poort op NietWeten.nl. Alle publicaties van Hans van Dam in het Boeddhistisch Dagblad.