Mijn grote vriend Bertus de Kauw is van boom veranderd. Tot voor een week geleden zat hij in de stervende boom tegenover de Kloosterbunker bij mij naar binnen te gapen, tot hij verdween en nu links in mijn gezichtsveld in een andere, levende boom opduikt. Vandaag zat hij er met zijn partner. Even dacht ik dat de zwarte reus een signaal afgaf over naderend onheil, dat de halfdode boom, die de gemeente weigert te verzorgen, in mekaar zou zakken. Enkele bejaarden op een bankje in de stadstuin vermorzelend. Waarschijnlijk heeft Bertus andere redenen en gaat mijn fantasie met mij op de loop.
Kauw Bertus weet niet waar ik hem de naam Bertus gaf. Hij doet me denken aan een ietwat vreemde, op zichzelf zijnde man in een provinciestadje, die ook Bertus heet, in militair kledij door het stadje loopt, soms op de fiets een hond meevoerend, waarvan de poten binnen een jaar versleten zijn, want Bertus heeft haast. Ik heb nog nooit iemand met deze man zien praten, want Bertus is een schuw mens, net als ik. Maar ik weet dat Bertus de man een schorre stem heeft, net als Bertus de Kauw.
Op de plek tegenover de Kloosterbunker waar gisteren twee arbeiders een gat in de grond groeven bij de deur van een appartementsgebouw, staan nu een brandweer- en politiewagen. Of er een causaal verband is tussen het een en het ander weet ik niet. Ergens in het gebouw zijn de mannen actief. Er is geen brand.
Moedig voorwaarts!
Joke zegt
Mijn hond heet ook Bertus ?
G.J. Smeets zegt
Joop,
Bertus houdt de bunker in de gaten en wil jou in het snotje krijgen zoals jij hem. Dat kauwtje is niet op het achterhoofd gevallen. Doe de kauw de groeten namens mij en vraag of het misschien Berta i.p.v. Bertus moet zijn. Zoiets kan gevoelig liggen, ook bij kauwtjes.