Uit inspectierapporten van controle-instantie Skal van afgelopen twee jaar blijkt dat bij ruim 60 Nederlandse biologische ei-bedrijven meer dan 15 soorten niet toegelaten ontsmettings- en bestrijdingsmiddelen zijn gebruikt. Het gaat om veel meer middelen dan alleen Dega 16, bekend van de fipronilcrisis. Het gebruik daarvan kwam vrijwel altijd pas aan het licht bij de herinspecties in het najaar van 2017 op de met fipronil besmette bedrijven.
Bij de reguliere inspecties van bedrijven voorafgaand aan de fipronilcrisis werd dit nagenoeg nooit door de controle-organisatie Skal opgemerkt. Dit blijkt uit inspectierapporten die foodwatch op grond van de Wet Openbaarheid van Bestuur (Wob) heeft verkregen. foodwatch: “Wij schrikken hiervan. foodwatch heeft sterk de indruk dat Skal haar controlerende taak niet goed uitvoert. De consument is hiervan de dupe. Als je bewust kiest voor een duurder maar duurzamer biologisch product, moet je er van uit kunnen gaan dat je krijgt waarvoor je betaalt. Hier moet de Tweede Kamer de verantwoordelijke minister Schouten scherp over aan de tand voelen. Als de controle niet verbetert, is het wachten op een volgend voedselschandaal.”
foodwatch verkreeg van de biologische toezichthouder Skal honderden inspectierapporten van biologische eierbedrijven. De inspectierapporten zijn van de periode januari 2016 tot februari 2018, dus voor en na de fipronilcrisis. Deze werden geanonimiseerd openbaar gemaakt na een verzoek van foodwatch op grond van de Wet Openbaarheid Bestuur (Wob). Daaruit bleek het volgende: Een groot aantal bedrijven werd voorafgaand aan de fipronilcrisis – afgelopen zomer – door de inspectiedienst via de reguliere inspecties gecontroleerd. Daarbij werden op een enkele uitzondering na geen verboden middelen geconstateerd. De bedrijven voldeden aan de biologisch vereisten, stelde Skal vast, waarbij expliciet ook goedkeuring is gegeven op het correct gebruik van ongediertebestrijding en reinigings- en schoonmaakmiddelen.
Dit terwijl korte tijd later een groot deel van deze bedrijven door de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) werden geblokkeerd omdat de eieren besmet bleken met fipronil uit het niet toegestane verdelgingsmiddel Dega 16. Skal heeft daarna op de geblokkeerde bedrijven zogenaamde ‘gerichte inspecties’ uitgevoerd, waarbij toen pas in de administratie van de boeren talloze facturen werden gevonden waar Dega16 en vele andere niet toegestane middelen in werden genoemd.
Fipronil topje van de ijsberg
In deze gerichte inspecties in het najaar van 2017, na het uitbreken van de fipronilcrisis, komen nog veel meer middelen naar voren waarvan Skal in de inspectierapporten constateert dat deze niet gebruikt hadden mogen worden in de biologische landbouw. Veel van deze middelen hebben ook niet de benodigde toelating van het College voor toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb) en mogen dus geheel niet op eierbedrijven worden gebruikt, laat staan op biologische bedrijven waarvoor strengere regels gelden.