Het gebeurde vorige week in een supermarkt in een klein Frans dorpje. Een gewapende man, door de politie als een IS-terrorist omschreven, dringt de winkel binnen en schiet. Klanten weten door de achterdeur de winkel te verlaten. Anderen worden in gijzeling genomen. De gewapende man wil dat een andere voorheen bewapende man, die betrokken was bij een terroristische aanslag en nu in een Franse gevangenis zit, wordt vrijgelaten.
Een ongewapende Franse politieman biedt aan de plaats van een gijzelaar in de winkel in te nemen. Dat vindt de gijzelnemer goed. Waarschijnlijk laat hij de gijzelaar gaan. De politieman blijft in de supermarkt. Dat betekent dat er mondeling contact is geweest tussen de politieman en de gijzelnemer. Niet de ruil maar de ontmoeting zelf intrigeert mij. Volgens mij roept dat bepaalde emoties op bij de gijzelnemer, ontstaat een band met de politieman. Er moet bij de gijzelnemer verbazing zijn geweest, vragen over het waarom van de ruil, mogelijk een moment van het tonen van menselijkheid. We weten het niet.
De politie bestormt de supermarkt, de politieman ligt zwaargewond op de grond en sterft later. De gijzelnemer wordt doodgeschoten.
Dat ruilen houdt mij bezig. Het is een heldhaftige daad, waarschijnlijk heeft de politieman ook gedacht de regie te gaan voeren over de gebeurtenissen in de winkel. Zijn telefoon stond aan toen hij de plaats van de ander innam.
Deze column is gemaakt op basis van berichtgeving in de media.
Moedig voorwaarts!