Chinese autoriteiten hebben brandstichting in de Jokhangtempel in Lhasa, Tibet, uitgesloten. Een deel van het 1300 jaar oude klooster in het hart van de historische hoofdstad van Tibet is vorige week zaterdag door brand verwoest. Het klooster wordt beschouwd als het spirituele hart van het Tibetaans boeddhisme en trekt jaarlijks tienduizenden pelgrims en toeristen. De brand ontstond in een ventilatieruimte in het klooster.
Volgens het Chinese staatagentschap Xinhua is ongeveer vijftig vierkante meter van het gebouw verwoest. De vlammen sloegen uit het dak en waren van een afstand van honderden meters te zien. Alle 6500 relikwieën in het gebouw bleven gespaard, meldt het persbureau. Het klooster is een dag gesloten geweest voor het publiek. Werknemers hebben de gouden koepel van het gebouw verwijderd om te voorkomen dat die instort en het interieur beschadigt.
De kloosters in Tibet staan onder grote druk van de Chinese overheid. Monniken worden gearresteerd als ze zich verzetten tegen de regelgeving van de Chinese bezetter van hun land. De populatie monniken en nonnen in de Tibetaanse boeddhistische academie Larung Gar is gehalveerd. Tijdens de Chinese culturele revolutie zijn honderden boeddhistische tempels verwoest. Het is China er alles aan gelegen om nu naar buiten toe een liberaal beeld uit te stralen waar het vrijheid van religie betreft. Geruchten over een eventuele brandstichting in het Jokhangklooster zouden dat beeld kunnen verstoren.