De Boeddha moest naast een spiritueel leraar ook een goede wereldse organisator zijn. Als zoon van een raja was Siddhattha in een huis opgegroeid waarin politieke en juridische kwesties de dagelijkse gespreksstof vormden. Hoewel zijn denken vooral om filosofisch-religieuze thema’s draaide, bezat hij door zijn opvoeding toch meer juridische kennis dan de andere leiders van scholen in zijn tijd.