Wetenschappers hebben onlangs in Mongolië de ongeveer tweehonderd jaar oude gemummificeerde resten van een boeddhistische monnik ontdekt. Het lichaam zat in een lotushouding, de monnik is in die houding waarschijnlijk gestorven.
De vondst werd eergisteren gedaan in de provincie Songinokhairkhan, de juiste locatie is nog niet vrijgegeven, zo meldt de Siberian Times. Het lichaam was bedekt met een dierlijke huid, een koe, paard of kameel. De mummie is afgeleverd bij het nationale centrum voor forensische expertise in Ulanbataar. Een eerste speculatie is dat het hier gaat om het lichaam van de boeddhistische leraar lama Dashi-Dorzjo Itigilov.
Het is waarschijnlijk dat er in wat nu het Mongoolse gebied is al in het begin van de 4e eeuw contacten zijn geweest met boeddhistische monniken. Dat is ruim drie eeuwen voor de eerste introductie van het boeddhisme in Tibet. Er zijn historische bronnen waarin duidelijk wordt dat Chinese boeddhistische monniken missieactiviteiten in die periode ondernamen in het noorden van China. In die bronnen wordt vaak het woord Burqan, het Mongoolse woord voor boeddha gehanteerd. Er zijn archeologische vondsten van boeddhistische tempelklokken uit de 7e eeuw. In de fundering van het paleis gebouwd voor Dzjengis Khan (1167-1227) in Karakorum werden restanten gevonden van boeddhistische fresco’s uit eerdere eeuwen. Al deze contacten hebben echter geen enkele blijvende boeddhistische invloed gecreëerd.
De eerste invloeden van het Tibetaans boeddhisme op de Mongolen dateren uit de tijd van het Mongoolse rijk. De eerste beschrijvingen betreffen meestal observaties van Tibetaanse lama’s aan het hof in Karakorum, de toenmalige hoofdstad van het rijk.
De contacten intensiveerden gedurende de periode van Mongools bestuur over Tibet. Globaal is dat de periode van 1250-1360. Gedurende die tijd verbleven er aanzienlijke aantallen Tibetaanse lama’s aan het hof. Er waren daar echter ook Nestorianen, Rooms-katholieken, Taoïsten, Chinese boeddhisten aanwezig en de invloed van het gedachtegoed van Confucius was traditioneel sterk in een Chinese omgeving.
Bron BNN.
Kees Moerbeek zegt
Wetenschappers ontdekten dat het boeddhisme in drie golven naar Mongolië kwam, dat omvangrijker is dan de staat die we nu kennen. In dit bericht op FB van de Vrienden van het Boeddhisme over boeddhisme in dat land.
https://www.facebook.com/vriendenvanboeddhisme/photos/a.325625384252760.1073741828.322630704552228/384627748352523/?type=1&theater
In de tweede helft 16e/17e eeuw vestigde het boeddhisme zich permanent in Mongolië. Avonturiers, kozakken, handelaren trokken oostwaarts en vestigden zich er. Toen deze Russen zich bedreigd voelden door de lokale bewoners (Mongolen en anderen) zette de Tsaar het leger in om de Russische broeders te beschermen en werden de gebieden ingelijfd bij Tsaristisch Rusland. Het is een aloude manier van inlijven , ongeacht of de tsaren rood waren of niet :-(
http://www.vriendenvanboeddhisme.nl/2014/gos.html