Arme dorpelingen van de Jaraigemeenschap in Cambodja stappen steeds meer van het theravadaboeddhisme over naar het christendom. De switch heeft vooral een economische reden. De groeiende aanhang van Jezus Christus, of Yesu Yang zoals de Jarai zeggen, is goedkoper uit bij het bestrijden van ziekten en andere ongemakken dan de stamgenoten die een kostbare waterbuffel moeten offeren om de geesten bij ziekte gunstig te stemmen en gezondheid te bevorderen. De christenen kopen een potje medicijnen en hun veestapel blijft in tact. Voor het slachten van een waterbuffel moet US$ 500 worden neergeteld.
De Jarai beleiden een mengeling van boeddhisme en animisme. Ze geloven dat in mensen, bergen, rivieren, maar ook in stenen, geesten huizen die verstoord kunnen raken en door offerrandes gunstig gestemd kunnen worden. Ze wonen in kleine gemeenschappen die bestuurd worden door een raad van oudsten. De Jarai vormen een etnische minderheid in het overwegend boeddhistische Cambodja.
Ongeveer 80 procent van de inwoners in het dorpje Somkul in het O’Yadav district is al christen geworden. Ze gaven hun geloof in bosgeesten en spoken op en gaan nu elke zondag naar de kerk. Een bijkomend voordeel is dat het protestante geloof het nuttigen van te veel alcohol niet stimuleert. Dorpelingen die normaal gesproken al ’s morgens vroeg flinke hoeveelheden rijstewijn naar binnen goten om de dagelijkse sores te kunnen vergeten, voelen zich als herboren, zo meldt de Phnompenh Post, een krant in Cambodja.
Sev Chel (38) zegt de switch te hebben gemaakt omdat, als zij of een familielid ziek wordt, het haar honderden dollars kost om de goden gunstig te stemmen. Door het offeren van een waterbuffel, geit, kip, wierook en rijstewijn. ‘Dus ik verkocht de buffel en van een deel van dat geld kocht ik medicijnen. Sinds ik in Jezus geloof zijn we goedkoper uit, anders zou ik nog steeds arm zijn.’
De overstap naar het christendom in deze regio van Cambodja begon voor sommige dorpelingen ongeveer vijf jaar geleden. Don Kralan (60) geeft als motivatie op: ‘Wij geloven in het christendom omdat we arm zijn. We hebben geen geld om offerandes te maken aan de goden van water en land, wanneer die goden ons ziek maken.’ Een andere dorpeling, Klan Ly, zegt dat ze na de overstap haar angsten voor zwarte magie volledig kwijt is. ‘Jezus beschermt ons, Boeddha kan ons met zijn zwarte magie geen kwaad meer berokkenen’, zegt ze. Met het geld dat ze uitspaarde door westerse medicijnen te kopen, kon ze een huis bouwen.
Dorpelingen zeggen dat de bouw van een moskee in het dorp geen succes is geworden: het gebouwtje staat leeg. De invloed van het christendom op de Jarai heeft ook te maken met de grootschalige houtkap in het gebied. Daarmee verdwenen de bomen waarin bosgeesten zouden huizen. Ook de ontsluiting van het gebied, door de aanleg van wegen en betere communicatiemiddelen, droeg daar aan bij. De Jarai hebben ook een grotere bereidheid om hun heil te zoeken in het christendom, omdat verwanten in Vietnam ook al tot dat geloof zijn bekeerd. Toch is de kans groot dat het protestantse christendom door de Jarai over een tijdje toch wat anders wordt beleefd. Gaandeweg willen ze hun eigen culturele aspecten en gewoonten implementeren in hun nieuwer geloof.
bron: Phnompenh Post.