Deze week kreeg ik van een gulle gever een oliebol met rozijnen. Gekocht bij een kraam hier niet ver vandaan. Ik dacht dat er wel drie in het papieren zakje zaten maar het was er maar één. Een joekel van een bol.
Ik was er blij mee, ben een liefhebber van goed gebakken oliebollen. Tot ik iets vreemds in de bol zag steken: een soort ampul van zacht plastic gevuld met olie waarmee je de bol inwendig kan vetten.
Ineens was mijn plezier bedorven. In de oceanen, zeeën en en rivieren drijft plastic afval, vissen en zeedieren sterven door het afval in hun ingewanden, rond poten en nek. Door menselijk gedrag. Een een bakker hier 200 meter vandaan helpt mee om die dieren uit te moorden.
Ik vind die bakker een enorme oliebol, en dat is niet positief bedoeld. Morgen ga ik hem erop aanspreken. En ik hoop meerdere mensen. Allemachtig.
Moge iedereen een gezond, lang en gelukkig leven hebben, niemand uitgezonderd.
Vrede en alle goeds, zeggen de Franciscanen.
Moedig voorwaarts!

BIJSLUITER: het lezen van deze columns kan leiden tot groot geestelijk ongemak, woedeaanvallen, depressies, onbeheerst gedrag, angstaanvallen, maagzuur, zweten, ongeloof, twijfel aan eenieder, straatvrees, lange tenen en het geloof in het eigen gelijk. Bij de lezers. Scheldpartijen en een onbedwingbare drang om te reageren zijn waargenomen. Sommigen willen mij corrigeren. Of bedanken. Of prijzen. De drang om in verzet te komen is waargenomen, het abonnement op te zeggen. Sommigen besluiten de krant niet meer te lezen, of te boycotten. Er kwaad over te spreken. Te janken of te vloeken. De straat op te gaan om te demonstreren maar niet weten waartegen. Het boeddhisme de rug toe te keren. Of aan de drugs te gaan. En zo gaat het maar door.


Geef een reactie