Vier boeddhistisch beeldende kunstenaars, Leen Kaldenberg, Airco Caravan, Raoul Deleo en Mark Schalken, namen in de maanden maart en april van 2014 deel aan het project Boeddha in de Linie en werkten en woonden ieder twee weken in een atelier en bomvrije ruimte op het terrein van Werk aan het Spoel bij Everdingen. Hoe brachten ze het er vanaf?
Vandaag het verhaal van de Rotterdamse illustrator, tekenaar en animator, Raoul Deleo de derde kunstenaar in het project. Op 30 maart betrok Raoul Deleo, pseudoniem van Raoul de Leeuw, het atelier aan het Spoel.
Vanaf zijn afstuderen als illustrator aan de Willem de Kooning Academie werkt Raoul als freelance illustrator, grafisch vormgever, animator en artdirector. Door de jaren heen onderscheiden voor verschillende projecten. Een jaarprijs van de vereniging voor illustratoren, een lamp uitgereikt door de Art Directors Club Nederland en twee Dutch Design Awards: Eén voor een reeks covers voor tijdschrift Rails en één voor een animatie voor beleggingsbank Alex.
Bovendien werd een door hem geïllustreerd en vormgegeven Gouden Boekje geselecteerd als één van de Best Verzorgde Boeken van 2011.
Raoul werkt de laatste jaren steeds vrijer en weet opdrachtgevers aan te trekken die hem deze vrijheid gunnen en geven. Exposeert en verkoopt vrij werk in galeries en op kunstbeurzen.
Het boeddhisme heeft Raoul eind jaren ’80 leren kennen. In 1991 heeft hij zich in de beoefening tot het zen gericht en is sindsdien nooit echt gestopt. Dit heeft zijn kijk op zichzelf en de wereld om hem heen wezenlijk veranderd.
Sinds een opdracht waarbij hij tekenend verslag moest doen van een reis van New York naar San Francisco (uitgegeven als boek “De Eenzame Snelweg”) is het begrip “Spontaneous Flow” een terugkerend begrip in zijn werk geworden. Het is volgens Deleo een werkwijze die veel te maken heeft met het boeddhisme. Vanuit een volledige concentratie op het nu, zonder plan, beginnen met tekenen en gaande weg zien wat er ontstaat zonder het achteraf te corrigeren.
De bomvrije ruimte waar Raoul de nacht doorbrengt ligt in het open veld waar vreemde en soms onbekende dieren ’s nachts tevoorschijn kruipen. Zo ook ratten die het fijne willen weten van de gast in ‘hun’ bunker. Leen Kaldenberg, de eerste deelnemende kunstenaar, versperde hun doorgang door onder de stalen deuren houten balken aan te brengen. Maar een rat is niet gauw voor één gat te vangen. Raoul vertelde dat hij ’s nachts vanuit een nis rattenvoetjes hoorde trippelen.
Hoe verging het Raoul? Best, zei hij. Hij was gecharmeerd door de vlakbij het atelier gelegen ‘armenboomgaard’, waar armelui hun appelen in het verleden konden plukken en/of de kerk die appelen verkocht om dat geld aan arme mensen uit te delen. Twee keer per dag zat Raoul op het dak van de bomvrije ruimte noord in meditatie en beoefende er yoga. Twee keer anderhalf uur lang. Tussendoor aaide hij het papier, zoals hij dat noemt en deed zijn ding als kunstenaar. Hij is een paar keer in die bijzondere boomgaard geweest, ook om te werken. De hoogstambomen staan nu in bloei en ogen vriendelijker dan in de winter. Als ze met dreigende zwarte takken het beeld in de omgeving bepalen. Je kan er dan beter niet ’s nachts vertoeven, lijkt het.
Met beitels en een zaag ging Raoul aan de slag met een dode wilg. Het Hout en de Dood, zo noemt organisator Elisabeth ter Borg dit object. Is het een opening naar het leven, of het wegzakken in de dood.