Laat je door niemand iets wijsmaken, dit ook niet.
Beste Hans,
Jouw dwaalteksten doen me denken aan mijn favoriete koan uit de Poortloze Poort. Ik heb het over nummer twaalf, waarin meester Zuigan zichzelf iedere ochtend bij het ontwaken (!) aanspoort om zich door niemand iets te laten wijsmaken:
“Zuigan riep elke dag tegen zichzelf uit: Meester. Vervolgens antwoordde hij zichzelf: Ja, heer. En daarna voegde hij er aan toe: Matig u. Opnieuw antwoordde hij: Ja, heer. En als u zover bent, ging hij verder, laat u niet door anderen bedriegen. Ja, heer; ja, heer, antwoordde hij.”
(uit Zen-zin, Zen-onzin, Paul Reps, 1972)
Een mens moet alert blijven want de mind is er altijd op uit om je te bedotten met weer een mooie gedachte.
Beste Allert,
Probeer jij mij te bedotten met weer een mooie gedachte?
Allert: Haha.
Hans: Wat heeft Meester Zuigan, of degene die die koan heeft opgetekend, of degene die hem uit zijn duim heeft gezogen, jou wijs weten te maken?
Allert: Zo zou ik het niet stellen, maar goed, hij heeft me wijs weten te maken dat ik me door niemand iets wijs moet laten maken. Mij lijkt dat opperste wijsheid, vandaar dat ik hiervoor een uitzondering maak, anders kan je wel ophouden.
Hans: Volgens mij heb jij je laten wijsmaken dat je je door niemand iets moet laten wijsmaken. Dat je daadwerkelijk kan voorkomen dat iemand je iets wijsmaakt. Dat je dat kan voorkomen door de hele dag alert te blijven. Dat het mogelijk is de hele dag alert te blijven. Dat je zelf kan kiezen waar je alert op bent. Dat je beter af bent wanneer je je door niemand iets laat wijsmaken. Dat de nadelen van zo’n houding opwegen tegen de voordelen.
Geloof je dat nou echt? Heb je het zelf onderzocht of neem je het op gezag aan? Denk je heus dat je wel kan ophouden als je geen uitzondering maakt op de gedachte dat je je door niemand iets moet laten wijsmaken?
Is er wel zoiets als een mind of is dat ook maar een gedachte? Als je inderdaad een mind hebt, is die er dan werkelijk steeds op uit om je te bedotten met mooie gedachten, of is dat ook maar een gedachte?
Allert: Ik laat me door jou niet gek maken.
Hans: Niemand laat zich door mij gek maken. Mensen maken zichzelf gek. Met andermans gedachten, waaronder de mijne, en met hun eigen. Jijzelf bent degene voor wie je op moet passen.
Allert: De ware betekenis van de koan over Zuigan is volgens mij dat je niemand moet geloven. Dat je alleen op jezelf kan bouwen. Dat je alleen naar je innerlijke goeroe moet luisteren en naar niemand anders. De hoogste wijsheid zit in jezelf. Jij bent de eerste, de laatste en de enige toetssteen.
Hans: Jij maakt jezelf gek met de gedachte dat je niemand moet geloven. Dat je alleen op jezelf kan bouwen. Dat er een zelf is waarop je kan bouwen. Dat je een innerlijke goeroe hebt. Dat je naar die innerlijke goeroe moet luisteren. Dat er zoiets is als de hoogste wijsheid. Dat die in jezelf zit. Dat er iets te toetsen valt. Dat jij de eerste, de laatste en de enige toetssteen bent. Dat dit de ware betekenis is van de koan over Zuigan. Hoe weet je dat allemaal?
Allert: Doordat ik het iedere dag tegen mezelf zeg?
Hans: Als ik iedere dag tegen mezelf zeg dat ik de mooiste van het land ben, ben ik dan de mooiste van het land?
Allert: Alleen als je het al was.
Hans: Iedere ochtend zegt Meester Zuetsu tegen zichzelf, ‘Laat je door niemand iets wijsmaken hè.’ ‘Nee meester.’ ‘Ook niet door jezelf.’ ‘Nee meester.’ ‘Ook niet dat je jezelf door niemand iets moet laten wijsmaken.’ ‘Nee meester.’ ‘Ja, wat zeg ik nou.’ ‘Ja meester.’
(zie Koan 12 van Niet om door te komen! De Poortloze Poort en verder)