Monumenten voor de mind.
Woorden zijn besmettelijk. Je neemt ze ongemerkt over en vanaf dat moment houden ze huis in je geest. Vooral zelfstandige naamwoorden moet je in de gaten houden.
Als er ergens een substantief voor is, nemen we al snel aan dat het wel substantie zal hebben. Zo worden woorden in onze geest dingen in onze werkelijkheid. Bijvoorbeeld het woordje ‘ik’:
“Ik denk dus ik ben.”
(Descartes; zie het lemma Cogito ergo sum in de Engelstalige Wikipedia.)
Of het woordje ‘God’:
“God bestaat, anders kon ik hem niet denken.”
(Anselmus van Canterbury; zie ook het lemma Ontological argument in de Engelstalige Wikipedia.)
We praten over de liefde, de dood, de bron, het zelf, het bewustzijn, het niet-weten enzovoort alsof het zaken zijn die je kunt zien en aanraken, hebben en kwijtraken, toelaten en afhouden, zijn en worden. Zo worden zelfstandige naamwoorden zelfstandige-zaaknamen.
Een ontastbaar idee opgevat als een tastbare realiteit heet in de filosofie een hypostase. De neiging om achter woorden werkelijkheden te zoeken, als het even kan essenties of eeuwigheden, heet realisme, essentialisme, eternalisme.
Zelf noem ik hypostasen weleens denkstenen. Beeldtaal legt gewicht in de schaal. Denkstenen liggen zwaar op de geest. Denksteenlijders hebben denksteenkolieken – pijnlijke aanvallen van geesteskramp.
En denk nu niet dat ik reclame maak voor het nominalisme, de middeleeuwse leer die stelt dat woorden geen reële tegenhanger in de werkelijkheid hebben. Mocht het nominalisme al waar zijn dan heeft het zelf geen tegenhanger in de werkelijkheid; mocht het onwaar zijn nog minder.
Dat geldt ook voor verwante filosofieën als het fictionalisme, het mentalisme, het anti-platonisme, het anti-realisme, het formalisme, het postmodernisme, de hindoeïstische notie van maya, de boeddhistische leer van de leegte (sunyata) en de boeddhistische leer van afhankelijk ontstaan (pratitya-samutpada).
Ik mag graag denken dat dit ooit alleen maar doorns waren om doorns mee te verwijderen. Inmiddels zijn ze uitgegroeid tot doornstruiken, hele doornbossen vol weerhaken waarin je hopeloos verstrikt raakt.
Zo gaat dat in de geest. Emanciperende gedachten worden memes, menhirs, monumenten voor de mind.
Denkstenen – je zal ze maar hebben.