Kilesa’s zijn bezoedelingen, onheilzame mentale staten die de geest infecteren. Kilesa’s zijn in de eerste plaats de ‘drie vergiften’: verlangen (P. lobha, tanha), haat (P. dosa, vyapa-da) en onwetendheid (P. moha, avijja).
Wat moeten we ons daarbij concreet voorstellen?
— onwetendheid staat voor het verkeerde inzicht (P. miccha ditthi) dat er een ‘ik’ bestaat separaat van al het andere, ‘iets’ wat afgezonderd is van het Geheel. Dit is een absolute misvatting. Alles is immers één. Met elkaar verbonden. Ontstaan uit een multitude van oorzaken en voorwaarden. Afhankelijk ontstaan. Indra’s net.
— verlangen en haat staan voor alles wat dit illusoire separate ‘ik’ toevoegt aan het contact tussen de zintuigen met de respectievelijke zintuiglijke objecten. Het zijn de verhalen en de drama’s die dit ‘ego’ subjectief toevoegt aan het loutere ‘zien’; ‘horen’; ‘smaken’; ruiken’; ‘voelen’ en ‘denken’.
Het is erg belangrijk om ons van het bovenstaande diep bewust te zijn. Niet uitsluitend intellectueel (P. pariyatti), maar dit inzicht door beoefening te laten rijpen (P. patipatti) en in onszelf te realiseren (P. pativedha).
De ‘drie vergiften’ zijn de grootste bezoedelingen, de meest opmerkelijke onheilzame eigenschappen. Maar er zijn nog andere uitwassen.
Volgens de Visuddhimagga XXII, 49, 65 zijn er tien: naast de drie vergiften die de wortels (P. mulas) vormen, zijn het trots, hovaardij (P. mana), speculatieve opinies (P. ditthi), twijfel (P. vicikiccha), luiheid (P. thina), stress, onrust (P. uddhacca), schaamteloosheid (P. ahirika) en gebrek aan moreel inzicht (P. anottappa).