Voor meteorologen begint vandaag de herfst, ik leerde op 21 september maar een vroege herfst vind ik ook wel mooi. Ik ben een liefhebber van de herfst, het afsterven in de natuur. De mistige geur, laaghangende wolken, motregen, jas aan. In de tuin aan de voorkant van de Kloosterbunker is een boom, die de hele zomer tot een feest maakte al een beetje in herfsttooi. Geel. Vergankelijkheid.
De bijna twee meter hoge dahlia op het balkon van de Kloosterbunker bloeit nog uitbundig, sommige takken zijn verhout en blaadjes zijn aan het kleuren. De rode nerven erin zijn goed zichtbaar. De plant ziet er wat sjofel uit, ondergescheten ook door mezen. In maart stop ik de droge knol in een bak met aarde en een paar weken later komt er een klein takje tevoorschijn. Weer wat later knalt de plant de lucht in met prachtige rode bloemen met een geel hartje die insecten aantrekken. Vanaf de straat is de gloed goed te zien. Een feest.
De plant herinnert mij aan mijn opa Johannes Vink, befaamd dahliakweker in Terbregge. Hij was al dood voor ik geboren werd.
Vroeger was het begin van de herfst voor mij ook het tijdstip om weer sokken aan te trekken. Nu loop ik het hele jaar door met blote voeten in mijn schoenen. Een heerlijk gevoel. In huis loop ik altijd blootvoets, mijn schoenen zijn al zeker 8 jaar oud en nog als nieuw. Er zitten veters in die schoenen maar die maak ik nooit los, het zijn zogenoemde boeddhistische tempelschoenen die ik zo uitschop.
Moedig voorwaarts!