Hier heerst de stilte van het graf. Vandaag had ik tegelijkertijd tweeëndertig mensen op bezoek, met kastjes met een beeldscherm. Met het kastje in de hand kwamen ze hier binnenlopen. Ze tikten op het schermpje dat soms piepte en dan knikten ze instemmend om weer wat terug te tikken. Ze zeiden niks, zelfs geen goedemiddag. Ik vroeg niks, wilde niet als ouderwets over komen. Ik heb zelf ook een kastje waar de berichten van de krant op binnen komen. Privé gebruik ik het kastje amper, nou ja, om te melden dat ik wat later kom, dat weer wel. Ik ben het kastje vaak kwijt, dan ligt het onder een autostoel. Ik las vandaag dat uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat Facebook ongelukkig maakt, een schijnwereld in stand houdt.
Dus vandaag was de schijnwereld in mijn eigen wereld, die niet van zichzelf bestaat, binnen gedrongen. De tweeëndertig hadden alleen maar oog voor hun kastje, niet voor de ander hier aanwezig. Is dat niet zielig. Ik trok stil de voordeur achter me dicht, om buiten contact te maken met levende aanwezige mensen. De tweeëndertig hadden mijn vertrek niet in de gaten.
In het Kralingse Bos wilde ik een patatje eten bij de Eekhoorn. Licht gebogen peinzend liep ik het pad naar het restaurant op. Ik dacht na over die tweeëndertig wandelende kastjes. Ineens gaat de deur van het etablissement open en hoor ik de uitbaatster zeggen: Goedemiddag. Ik schrok vreselijk, ben niet meer gewend dat mensen nog met elkaar praten. Wil je dat nooit meer doen, zei ik, ik schrik me de vinkentering. Ga maar gauw zitten, zei de vrouw, die zag hoe ik eraan toe was. Wat mag het zijn?